‘Global South’ landen verklaren COP27 klimaattop tot klimaatflop

Leden van de Wereld Meteorologische Organisatie (WMO) in een COP27 panel discussiëren hoe ze de kleine eilandstaten – Small Island Developing States (SIDS) – kunnen helpen in het opzetten van effectieve, vroege waarschuwingssystemen, een essentieel hulpmiddel ter voorkoming, minimalisatie en voor de aanpak van Loss and Damage(L&D). Photo genomen door de WMO op Flickr, CC BY-NC-ND 2.0.

De zogenaamde ontwikkelingslanden kwamen naar de COP27[en – alle links] klimaattop in Egypte met een heel duidelijk doel: een financieringsfonds veilig stellen om de zogenaamde Loss and Damage (L&D) oftewel de klimaatschade te vergoeden.

Al tientallen jaren lang klinkt de schreeuw om hulp van deze landen, van wie velen al te kampen hebben met  hevige klimaatveranderingen. Ze hebben niet alleen te maken met het stijgende zeewaterniveau en meer en zwaardere natuurrampen, maar veel van deze landen gaan ook gebukt onder een grote schuldenlast waar ze zelf niet uit kunnen komen.

Vorige week leken de zaken in hun voordeel uit te vallen toen een last-minute besluit werd genomen bij de start van de klimaattop, door L&D op de agenda te zetten.

Echter, met nog slechts één dag te gaan op de wereldwijde conferentie, is er nog steeds geen L&D financieringsfonds opgezet. Daarentegen hebben we gezien hoe de rijkere landen nadrukkelijk op hun tenen om dit agendapunt heen lopen.

In een reactie daarop hebben hoge vertegenwoordigers van de onderhandelingsgroepen — Alliantie van kleine eilandstaten (AOSIS), de Onafhankelijke alliantie van Latijns Amerika en het Caraïbisch gebied, G77, en de Minst Ontwikkelde Landen(MOL's) — onverwachts een persconferentie belegd om hun gezamenlijke visie kenbaar te maken, getiteld “Loss and Damage Inaction” oftwel “verlies en schade inactiviteit”.

In feite gaat kostbare tijd voorbij terwijl een belangrijk besluit over L&D financiering aan de kant wordt geschoven op deze klimaattop.

Namens de G77 heeft Sherry Rehman, de minister van klimaatverandering van Pakistan, verklaard dat het hele COP (Conference of Parties) systeem zou moeten omvormen naar een concept van gelijke maar gedifferentieerde doelen, wat immers een essentieel onderdeel van de oprichting is. Gekoppeld aan klimaatrechtvaardigheid maakte de minister duidelijk dat als L&D financiering niet van de grond komt, dan zal dat een negatief domino-effect geven: “Uitgestelde klimaatrechtvaardigheid is afgewezen klimaatrechtvaardigheid.”

COP27 werd aangeprezen als een conferentie waar implementatie, adaptatie en veerkracht gerealiseerd zouden worden; het zou ook een Afrikaanse COP worden. Maar volgens het collectief treuzelen de landen van het Globale Noorden (de Global North landen) om de financiering te leveren om de gevolgen aan te pakken die de landen van het Globale Zuiden (de Global South landen) niet of nauwelijks hebben veroorzaakt.

“Onze kwetsbaarheid moet niet ons doodvonnis worden. We willen dat een sterke, politieke boodschap uit deze COP voort komt, want onze planeet staat in brand en aan de frontlinie verbranden we al.” aldus een dwingende verklaring van Pakistan.

Namens de Alliantie van kleine eilandstaten voegt Sir Molwyn Joseph, minister van gezondheid, welzijn en milieu van Antigua and Barbuda daaraan toe: “We verlieten Glasgow [COP26] met hoop. Er was een duidelijke verwachting dat discussies over een L&D fonds zouden plaatsvinden en de volgende stap was zo'n fonds beschikbaar stellen. Maar dat zien we niet terug op de COP27. En alles minder dan een COP die een L&D fonds veilig stelt is een verraad aan al die mensen die zo hard werken en vechten voor de mensheid.”

Kleine eilandstaten (Small Island Developing States, de SIDS), zoals die in het Caraïbisch gebied, hebben last van de gevolgen die samenhangen met een scala aan extreme en langzaam ontstane situaties die hun bevolking, economieën en natuurlijke bronnen raken.  Volgens het onlangs verschenen IPCC Working Group I (WGI) rapport, nemen de negatieve effecten van klimaatverandering al toe in intensiteit en frequentie. Voor kleine eilandstaten staat dit gelijk aan een ware existentiële crisis.

Eilandnaties zijn afhankelijk van kust- en oceaanbronnen, inclusief landbouw op kleine schaal, stranden, visserij, enzovoorts. Een kleine verandering in deze bronnen heeft grote gevolgen voor kleine economieën.

Volgens minister Joseph is er meer nodig dan politieke wil op deze COP – de huidige, ernstige situatie moet de discussies en ogenschijnlijke commitments in actie omzetten. “We zijn gefrustreerd dat de politieke commitment zich nog niet heeft vertaald in politieke actie om klimaatslachtoffers te steunen,” zei hij. “Dat is wel het minste dat we op dit moment willen zien.”

Minister Joseph bracht de realiteit in de zaal door te refereren aan de verwoesting die Orkaan Irma veroorzaakte in zijn thuisland in 2017. Barbuda werd getroffen door een orkaan met windsnelheden van bijna 300 km. per uur en bleef verwoest en voor maanden onbewoonbaar achter.

“Waarom moet ik worden gepusht om naar de Verenigde Naties te stappen en te vragen om donaties en liefdadigheid? Dat kan toch geen acceptabele verwachting zijn van SIDS op dit moment,” klaagde hij, “Ik doe een beroep op alle partners, laat ons deze COP27 niet verlaten zonder een L&D fonds op te richten … zodat, als volgend jaar Bangladesh, Tuvalu, Barbados of Antigua en Barbuda door een storm wordt verwoest, we geen situatie hebben waarbij mensen een nieuw thuis moet worden gegeven. In veel van deze landen is maar één ziekenhuis. Wat gaan mensen doen als dat ene ziekenhuis is verwoest?”

Met nog 24 uur te gaan om het voor elkaar te krijgen, geven de ontwikkelingslanden nog niet op.


Dizzanne Billy is momenteel aanwezig op COP27 in Egypte.

Start een discussie

Auteurs graag inloggen »

Regels

  • Alle reacties worden beoordeeld door een moderator. Verzend je reactie maar één keer, anders kan deze als spam worden gemarkeerd.
  • Wees respectvol tegen elkaar. Reacties met hatelijke opmerkingen, obsceniteiten en persoonlijke aanvallen worden niet goedgekeurd.