
Tijdens de economische crisis van 2022 in Sri Lanka, moesten de mensen lang wachten om hun gascylinders bij te vullen. Foto AntanO via Wikimedia Commons (CC BY-SA 4.0).
Dit artikel door Nimaya Dahanayake verscheen oorspronkelijk in Groundviews, een bekroonde website voor burgerjournalistiek in Sri Lanka. Deze geredigeerde versie is opnieuw gepubliceerd, als onderdeel van een wederzijdse onderlinge overeenkomst met Global Voices.
Seetha is een oudere vrouw die zorgt voor haar drie kleinkinderen, allemaal jonger dan 15 jaar. Ze woont in een gedeelte van het huis van haar overleden dochter, waar sinds drie maanden de elektriciteit is afgesloten wegens het niet voldoen van achterstallige betalingen. Ze voorziet in haar onderhoud met de verkoop van maniokchips (casave), waarmee ze dagelijks ongeveer LKR 700 tot 800 (€ 2,30 tot 2,60) verdient, waarvan ze elke dag LKR 500 (€ 1,60) aan voedsel uitgeeft.
Omdat ze in haar huis geen elektriciteit heeft, gebruikt ze kaarsen; dagelijks koopt ze die of vier kaarsen voor LKR 30 (€ 0,10) per stuk. Drie dagen in de week kan Seetha zich een maaltijd veroorloven. Indien mogelijk gaan haar kinderen naar school, maar ze blijven ook vaak thuis wanneer ze hun vervoer en schoolmaaltijd niet kunnen betalen. In haar financiële situatie ontvangt ze maandelijks een magere ouderenuitkering van de overheid van LKR 1,000 (€ 3,25). Verder laat de overheid het afweten.
Het uitbannen van de armoede stond tijdens de presidentiële campagnes van de lijsttrekkers, in aanloop naar de verkiezingen voor een president in september 2024, centraal. Er werd beloofd dat “de armoede tot het verleden zou gaan behoren”, en er een “universeel sociaal zekerheidsstelsel ” zou worden opgezet, met de bedoeling om een zekere betrokkenheid van de presidentskandidaten met de benarde situatie van veel Sri Lankanen over te brengen, waarvan in 2023 naar schatting 25,9 procent beneden de armoedegrens leefde. Dit, na de ergste economische crisis sinds de onafhankelijkheid.
In augustus 2024 bedroeg de officiële minimum armoedegrens, dit zijn de minimale maandelijkse uitgaven die een inwoner nodig heeft om op nationaal niveau in de basisbehoeften te voorzien, LKR 16,152 (€ 15,75), vergeleken met LKR 6,966 (€ 6,60) in 2019. Volgens een studie in 2023 door LIRNEasia, leven vier miljoen Sri Lankanen sinds 2029 in armoede. De oktober-2024 update voor Sri Lanka door de Wereldbank benadrukt dat, ondanks de economische voorspoed, de armoede en kwetsbaarheid hoog zijn, de voedselonzekerheid overal zichtbaar is en de gezondheid van de bevolking achteruit is gegaan. Hoewel het lijkt alsof er door belangrijke hervormingen een mate van evenwichtigheid is bereikt, logenstraffen de officiële statistieken de dagelijkse situatie van veel gezinnen.
De economische crisis en de direct ingaande kortetermijnmaatregelen inzake de crisis, waaronder belastingverhogingen, bezuinigingen en kostenreflecterende energie- en nutsprijzen, hebben de armoede verergerd. De crisis heeft misschien ook bepaalde stereotypen die verband houden met de opkomst van de “stille armoede” of de “arme middenklasse”, voortgebracht. Dit bewijst dat “de ernst van de armoede in Sri Lanka groter is dan de officiële statistieken doen geloven.”
Op het hoogtepunt van de economische crisis in 2022, met een een enorme stijging van de voedselprijzen, achteruitgang van het levensonderhoud en lagere gezinsinkomens, konden veel gezinnen zich slechts met veel moeite een voedzame maaltijd veroorloven. Onderzoek door het Colombo Urban Lab onder gemeenschappen met lage inkomens in Colombo, wees uit dat de gevolgen door de COVID-19 pandemie, in samenhang met de economische crisis, tot gevolg had dat in de loop van de tijd de kwantiteit en kwaliteit van de dagelijkse maaltijd achteruit zijn gegaan. Door de stijgende voedselprijzen moeten de gezinnen bezuinigen op fruit en groenten.

In 2021 verschenen in Sri Lanka’ s noordelijke provincie Mannar windmolens. Foto Malitha Daminda via Wikimedia Commons. (CC BY-SA 4.0).
Uit een recent rapport door een parlementaire commissie, met als opdracht om te onderzoeken in welke mate ondervoeding van kinderen is verergerd, bleek dat in het laatste halfjaar in 2022 74 procent van de onderzochte huishoudens zich dagelijks geen maaltijd of dagelijkse behoeften konden veroorloven. 98 procent van de bevolking werd na de economische crisis door hoge voedselprijzen getroffen. Hierdoor kon slechts 53 procent van de bevolking zich een voedzame maaltijd veroorloven. Het rapport oordeelt dat voedselzekerheid voor huishoudens bepalend is, of bijdraagt aan ondervoeding. Het Wereldvoedselprogramma (WFP) constateert dat bijna een derde van de kinderen tot vijf jaar zijn ondervoed.
In het WFP Household Food Security Overview for 2023 werd opgemerkt, dat op nationaal niveau naar schatting 24 procent van de huishoudens in augustus en september 2023 in zekere mate met voedselgebrek werden geconfronteerd. Het rapport vergelijkt de mate van voedselgebrek in maart (17 procent van de huishoudens) en augustus (24 procent van de huishoudens) in het afgelopen jaar. Ze schrijft de toename van het voedselgebrek toe aan de afname van de voedselconsumptie door kwetsbare groepen, zoals loonwerkers en mensen met sociale bijstand. Het rapport wijst vooral ook op huishoudens die meer dan 62 procent van hun uitgaven aan voedsel besteden. Dit betekent onvermijdelijk dat er minder gelden voor andere essentiële producten en diensten, zoals de gezondheidszorg, onderwijs en nutsvoorzieningen overblijft, waardoor de huishoudens hun kwaliteit van leven wordt onthouden.
Door de ongekende verhoging van de voedselprijzen en als overlevingsstrategie, moeten de huishoudens vaak hun toevlucht nemen met het verpanden van bijvoorbeeld sieraden, het loskoppelen van het energienet en soms met de verkoop van voedingssupplementen die, om de kosten enigszins in toom te houden, door de overheid worden verstrekt. Maar soms is een overlevingsstrategie geen optie meer.
Ook zijn ze overgegaan op minder gevarieerde maaltijden. Maar toch staat, ten koste van hun eigen welzijn, voor de ouders of volwassenen in het gezin, doorgaans de gezondheid van hun kinderen op de eerste plaats. Maar ze doen hun best om hun kinderen voedzame maaltijden aan te bieden die de andere gezinsleden zich misschien niet kunnen veroorloven.
Een samenvattend verslag door het Family Health Bureau van het ministerie van Volksgezondheid (MoH) in 2024, meldde dat meer dan 10.000 kinderen onder de vijf jaar aan ernstige ondervoeding lijden. Veel kinderen eten niet volwaardig, omdat ze tijdens hun hoofdmaaltijd te weinig eten.
Onderzoek naar gemeenschappen met lage inkomens door het Colombo Urban Lab, wees uit dat de meeste schoolgaande kinderen tussen de middag geen schoolmaaltijd krijgen. Voorschriften over het soort voedsel dat ze mogen eten, zoals bolletjes en koekjes, worden niet opgevolgd. Daardoor zijn de gezinnen aangewezen op rijst, kerriegerechten of peulvruchten, die aantoonbaar duurder zijn. Het gevolg: meer schoolverzuim, omdat de kinderen bang zijn om op school apart te worden genomen.

Het Thriposha product en programma. Foto Irwin Hornstein, USAID, via Wikimedia Commons. Publiek domein.
Ondervoeding bij moeders is ook een groot probleem, vooral in de nasleep van de economische crisis. De Wereld Gezondheidsorganisatie (WHO), verklaarde dat een goede voeding voor de moeder cruciaal is voor de groei van de foetus, en dat slechte voeding vaak op de lange termijn leidt tot onomkeerbare en schadelijke gevolgen voor de foetus. Op het hoogtepunt van de economische crisis in 2022, was de overheid niet in staat om het zogenaamde Thriposha-programma te ondersteunen. Het programma omhelst het verstrekken van een voedingssupplement aan zwangere vrouwen en moeders met borstvoeding in de eerste zes maanden na de geboorte van de baby. Volgens een studie door de WFP, verlaagt Thrirposha de maaltijdkosten met 20 procent, omdat het gratis wordt verstrekt en voldoet aan de eisen inzake micronutriënten en eiwitten bij zwangere vrouwen en vrouwen met borstvoeding.
Inzicht in de wijdverbreide, diepe armoede en uiteenlopende gevolgen waarmee de Sri Lankanen worden geconfronteerd, is nodig om een eerste stap te zetten in het ontwikkelen van beleid en betere sociale vangnetten. Dit draagt bij aan een beter algeheel welzijn van miljoenen Sri Lankanen die nu in armoede leven.