- Global Voices in het Nederlands - https://nl.globalvoices.org -

De Tanabra maken na 100 jaar een comeback. Een afname van de Soedanese muzieksmaak?

Categorieën: Midden-Oosten & Noord-Afrika, Sub-Sahara Afrika, Soedan, Burgermedia, Geschiedenis, Jeugd, Kunst & cultuur, Muziek, Oorlog & conflicten, Politiek

 

Met kralen bezet snaarinstrument dat in heel Soedan wordt bespeeld. Publiek domein. Foto: ksblack99. Wikimedia commons [1]. Redelijk gebruik.

Dit stuk werd op 5 januari 2023 voor het eerst gepubliceerd [2] [sd] door Raseef22, een Arabisch mediaplatform, en is geschreven door Mughira Harbiyeh. Een bewerkte versie wordt hier, onder een overeenkomst voor het delen van content, opnieuw gepubliceerd.

Toen Omdurman [3] [en] in 1919 een nieuw perspectief bood op moderniteit en beschaving, ondernamen de grondleggers van de hedendaagse Soedanese muziek, componist en zanger Hajj Sorour [4] [en] en dichter Ibrahim Al-Abadi [5] [en], een actie die de kaart van de Soedanese muziek en haar lot permanent zou veranderen.

De Tanabra, een etnische groep met iconische muziek, werd uit Omdurman verbannen toen ze in opstand kwamen [6] [en]. Deze groep kwam van het platteland en de woestijn, en domineerde de traditionele muziekscene.

Een eeuw na deze historische ballingschap, in de nasleep van de decemberrevolutie [7][en], en in een verwarrende tijd waarin Soedanezen hunkerden naar herstel van het burgerleven met al zijn verfijnde en culturele uitingen, zoals theateravonden, films, poëzievoordrachten en zang, verschenen de Tanabra weer en veroverden ze de hoofdstad [8] [en] vanuit iedere hoek, terwijl ze typische bedoeïenenkleding droegen: een Levantijnse tulband en kleurrijke kleding met een vest erover.

Ditmaal keerden ze terug met een bescheiden 5-snarige rababa [9] [en] en een ingetogen droog ritme.

In hun melodieën [10] [sd] worden liefdessmart, ontbering en nostalgie, maar ook bedoeïenen- en paardensporttradities vastgelegd. Ze worden overgedragen met een poëtische, lyrische tekst van slechts één huilende dimensie, die niet toegankelijk is voor alle andere dimensies en die alternatieve interpretatieve lezingen verbiedt. Dit in tegenstelling tot de Soedanese muziek [11] [en], die het besef diepgaand voedde [12] [en], van de revolutie naar het nieuwe realisme, het romantische tijdperk, tot aan het codeertijdperk. 

Er is momenteel in en rond de stad veel vraag naar de Tanabra voor muzikale evenementen, zoals bruiloften en diploma-uitreikingen. Hun muziek wordt zowel in het openbaar vervoer als op mobiele telefoons gespeeld. Dit valt samen met een opmerkelijke schaarste aan hedendaagse artiesten en serieuze muziekcreatie om de leegte op te vullen die ontstaan is door het vertrek van de beroemde Soedanese musici, en met de mobilisatie van stammen in de nasleep van de legercoup [13][en].

Een muzikale rage gedreven door nostalgie

Muzikant Walid Youssef [14] [sd] vertelde Raseef22 dat dit fenomeen wordt veroorzaakt door een ongelijkheid tussen de productieve woestijn en de consumerende steden, een ernstig gebrek aan infrastructuur en essentiële diensten, en de verplaatsing van woestijnbewoners naar de stedelijke gebieden.

Dit resulteert in het oppompen en aanzwellen van de steden, evenals de opkomst van sloppenwijken, armoedegordels en lukrake bebouwing aan de rand van steden en mogelijk ook in hun centra, tegenover het verval en de vervaging van verlaten plattelandsgemeenschappen.

“Migratie vanuit het platteland resulteerde in een slechte integratie van plattelandsimmigranten in hun nieuwe stedelijke omgevingen, het behoud van hun authentieke plattelandsgebruiken, de opkomst van buitensporige sociale gedragingen en uitingen, en de toename van traditionele landelijke festiviteiten in het stadscentrum,” vervolgt Youssef.

Hij benadrukt de heropleving van de ooit uitstervende Albutan-traditie [15] [sd], die op dramatische wijze weer opdook bij de terugkeer van de rababa-muziek. Het is een traditie waarbij naakte jongemannen elkaar tijdens vieringen met zwepen slaan, onder het gejoel van vrouwen, om de deugden van mannelijkheid, geduld, uithoudingsvermogen en moed van de bedoeïenen te demonstreren.

“Wat er gebeurde lijkt meer op nostalgie,” zei kunstcriticus Siraj El-Din Mustafa [16] [sd] tegen Raseef22, “met de terugkeer van de Haqibi-stijl [17] [en] gevolgd door de rababa-zang.” Hij voegt eraan toe: “De terugkeer naar de oude stijl kan op veel manieren worden geïnterpreteerd, de belangrijkste is dat moderne Soedanese muziek, of wat bekend staat als de ‘Omdurman’-stijl, er niet in slaagde een lyrisch discours te bieden dat flirt met alle stemmingen en voldoet aan alle smaken, en dat alleen beperkt was tot de mensen van de stad, en de marges negeerde.”

Mustafa gelooft dat de technologische vooruitgang heeft geleid tot een revolutie tegen de moderne muziek, en dat de huidige populariteit van rababa-muziek kan worden gezien als een botsing tussen de marges en het centrum. “Het is een oude en terugkerende strijd,” beweert hij, “die het gebrek aan interesse in de marges van alle regerende regimes aantoont, qua levensdiensten of zelfs op het niveau van mediaorganisaties die in een beperkte regio opereren.”

Hij is van mening dat rababa-muziek een enorm en grenzeloos platform heeft gevonden om iedereen te bereiken en zichzelf te vestigen als een lyrische stijl die het overwegen waard is, als resultaat van de sociale media-revolutie die traditionele ideeën infiltreerde en verstoorde, wat een verandering in de houding veroorzaakte.

Tanabra-muziek wordt volgens Mustafa niet gebruikt bij de mobilisatie van stammen in Soedan, aangezien “deze jongemannen alleen voor hun geliefde zingen.”

Auteur Muhammad Dahab Tablo [18] [en] bevestigt echter dat de populariteit van rababa-muziek een politiek fenomeen is dat opzettelijk is ontworpen om muziekproducenten naar dit genre te trekken. De meeste van de simplistische aanhangers van deze muziekstijl zien geen politiek kwaad in de acties van de revolutionairen van Khartoem, die na het plegen van afvalligheid [19] [en] op zoek zijn naar een politieke incubator.

Deze gewone mensen waren volgens Tablo gedurende meer dan 50 jaar de eerste slachtoffers van de systematische marginalisering door de regering van Khartoem. “De architecten van de staatsgreep werken hard om raciale banden (de stam) aan te spreken en het enthousiasme van plattelandsgemeenschappen te prikkelen om een alternatieve en gunstige perceptie van de militaire tirannie te bevorderen. Ze ondersteunen de creatie van rababa-muziek royaal, zodat deze op straat kan worden gepromoot,” vervolgt hij. Tablo beweert dat, als deze uitgaven zouden plaatsvinden onder de paraplu van een burgerlijke staat, dit een sprankje hoop zou zijn voor de welvaart van regionale culturen die samen een multicultureel land vormen, onder de bescherming van gelijk burgerschap.

Latente levens

“Ik ben verheugd dat liedjes vanuit het platteland Khartoem zijn binnengedrongen,” zegt de modernistische dichter Abd Al-latif Hassan [20] [sd], waarmee hij zijn voorkeur voor Tanbara-muziek bevestigt. “Soedan is een groot land met veel geweldige culturen en kunstvormen. Het omvat ook hele en authentieke levens die in stilte zijn geboren en gestorven, zonder dat iemand er aandacht aan besteedde,” vertelde hij aan Raseef22.

“Grote talenten zijn onopgemerkt gebleven, hebben niet genoeg ruimte gekregen om hun creativiteit te uiten, en hun werk is zelfs niet erkend omdat het niet voldeed aan de criteria van de stedelingen, die andere ideeën hebben over wat kunst is, wie het verdient, en wie niet,” zei hij.

Hassan betoogt dat degenen die op het platteland en in de woestijn wonen, al heel lang door de autoriteiten worden gedwongen hun levens te leiden volgens specifieke verwachtingen en modellen en niet in staat zijn om daartegen in opstand te komen, ze af te wijzen of te overstijgen.

“Slechts weinig mensen waren op de hoogte van de prachtige liederen en gedichten die op de akkers ontstonden. Ze gaven ze door om hun passie voor het leven uit te drukken en hun ziel te verwarmen. De liederen dragen de smart van hun bedrogen harten en het verlies van hun geliefden mee; deze muziek houden ze normaal gesproken voor zich, zonder dat iemand anders het te weten komt,” voegde hij eraan toe.

Hasssan vervolgt: “Nu is iedereen zich ervan bewust. Slechts een paar mensen raken erdoor beledigd, omdat ze er niet van genieten dat de grond onder hen wordt weggerukt of dat hun rigide, willekeurige normen van kennis en smaak in de kunst worden ondermijnd.”