Screenshot van het YouTube kanaal van The School of Life
Een van de gebieden waarin Rusland sinds de 19de eeuw zijn zachte kracht heeft gevestigd is literatuur. Auteurs als Tsjechov, Tolstoj, Dostojevski, en dichters als Poesjkin, Akhmatova, Tsvetajeva en Brodsky worden over de hele wereld massaal gelezen, vertaald en bestudeerd. Ze worden vaak de symbolen van de Russische cultuur. Maar dit maakt hen ook tot doelwit van steeds meer oproepen om de Russische cultuur te schrappen [en] nu de invasie van Moskou in Oekraïne bijna 100 dagen duurt.
Global Voices sprak met Ani Kokobobo, een onderzoekster van Russische literatuur en cultuur die doceert aan het departement Slavische en Euraziatische Talen en Literaturen van de Universiteit van Kansas als universitair hoofddocent en voorzitter van het departement, om haar mening te horen over de groeiende tendens van cancelcultuur in deze context:
Wat ik heb gezien sinds de Russische invasie in Oekraïne is vooral een interesse in het niet promoten van door de Russische staat gesponsorde kunst. Ik heb ook vragen gehoord en gelezen over manieren waarop de Russische cultuur andere aspecten kan verdoezelen van de door de staat gesteunde genocide die de legers van de Russische Federatie op dit moment in Oekraïne plegen. Ik vermoed dat deze oproepen te maken hebben met het feit dat veel ideeën in de Russische literatuur en cultuur als wapen worden ingezet en worden gebruikt om de illegale acties van de Russische regering in Oekraïne te legitimeren.
Ik ben er niet zeker van dat niet ingaan op Russische ideeën echt de oplossing is voor deze problemen. Ik denk dat we in plaats daarvan kritisch met deze ideeën moeten omgaan. Tegelijkertijd is het ook vermeldenswaard dat wanneer we literatuur en cultuur uit de regio beschouwen, we vaak de Russische literatuur of Russische ideeën bevoorrechten boven andere ideeën in Oost-Europa en Eurazië, en ik hoop dat dit zal veranderen.
Het is volkomen natuurlijk dat Oekraïners op dit moment een bepaalde houding hebben tegenover de Russische cultuur. Ik zie deze lezingen als de lezingen van individuen die geconfronteerd worden met de Russische genocide. Ik geef de lezers niet de schuld; ik geef de genocide de schuld. Uiteindelijk houd ik de Russische regering het meest verantwoordelijk voor de impuls om de Russische cultuur te annuleren.
Verschillende regeringen – tsaristische, sovjet- en moderne Russische – hebben hun cultuur in wezen als imperiaal opgevat en hebben slechts zelden elementen van kolonialisme ter discussie gesteld in hun eigen projectie van wat de Russische cultuur definieert. Kokobobo is het ermee eens dat het Kremlin weinig of geen reden heeft om zich in te laten met een dekolonisatie missie. Ze brengt ook een belangrijk punt naar voren over vertegenwoordiging:
Since I’m not sure that Russia has had a properly representational government in recent memory, I do not know what we mean when we say Russia; there are many Russias. Aangezien ik er niet zeker van ben dat Rusland in het recente verleden een behoorlijk representatieve regering heeft gehad, weet ik niet wat we bedoelen als we Rusland zeggen; er zijn vele Ruslanden
Aangezien ik er niet zeker van ben dat Rusland in het recente verleden een behoorlijk representatieve regering heeft gehad, weet ik niet wat we bedoelen als we Rusland zeggen; er zijn vele Ruslanden. Ik denk dat sommige van deze Ruslanden ernaar streven zichzelf te dekoloniseren en we hebben separatistische sentimenten gezien in Siberië en andere regio's.
Een deel van Kokobobo's academische expertise is wat informeel “Tostojevski” wordt genoemd – of de studie van Tolstoj en Dostojevski. Beide auteurs hebben uitvoerig geschreven, in romans en non-fictie, over het lot en de missie van Rusland en zijn literatuur, zijn positionering ten opzichte van Europese of Aziatische culturen, en hun visie op oorlog en geweld. De kwestie — die is uitgemond in een verhit debat [en] — is hoe deze teksten moeten worden benaderd in het licht van de oorlog van 2022, de vernietiging van Oekraïne en zijn cultuur, en de oproepen van bepaalde entiteiten om de Russische cultuur te bannen [en]. Kokobobo, die over het onderwerp geschreven heeft [en], antwoordt:
I think we have to be watchful of nationalism and a sense of Russian exceptionalism in Dostoevsky, and we should also consider how he depicts other cultures that are not Russian. I don’t personally believe that Dostoevsky would have supported this war, certainly not at the first news of innocent civilian casualties. But I think his other ideas about Russian greatness can be dangerously weaponized, and they have been. We should read them critically and seek out minority voices in his texts so that our students have a fuller picture of Dostoevsky. I also don’t think we should hide Dostoevsky’s unseemliness. I don’t consider Dostoevsky or Tolstoy so fragile that they cannot withstand deeper scrutiny of their more problematic ideas.
Ik denk dat we moeten oppassen voor nationalisme en een gevoel van Russisch exceptionalisme in Dostojevski, en dat we ook moeten kijken naar hoe hij andere culturen afschildert die niet Russisch zijn. Persoonlijk geloof ik niet dat Dostojevski deze oorlog zou hebben gesteund, zeker niet bij het eerste nieuws over onschuldige burgerslachtoffers. Maar ik denk dat zijn andere ideeën over Russische grootsheid een gevaarlijk wapen kunnen worden, en dat zijn ze ook geweest. We moeten ze kritisch lezen en zoeken naar minderheidsstemmen in zijn teksten, zodat onze leerlingen een vollediger beeld krijgen van Dostojevski. Ik denk ook niet dat we Dostojevski's ongepastheid moeten verbergen. Ik beschouw Dostojevski of Tolstoj niet als zo kwetsbaar dat zij niet bestand zijn tegen een diepgaander onderzoek van hun meer problematische ideeën.
Kokobobo merkt ook op dat posities verschuiven: terwijl Tolstoj in zijn latere jaren een pacifist was, en melding maakt van het Russische kolonialisme in de novelle “Hadji Murat [en],” begon hij anders in zijn carrière als publieke intellectueel. Ze merkt het volgende op:
In Hadji Murat bekritiseert hij geweld tegen Polen, in wat ik beschouw als een Tolstojaanse terugblik op zijn eigen anti-Poolse sentiment in “Oorlog en Vrede” where he depicts Polish soldiers drowning due to what he perceives as their obsequious admiration for Napoleon. No doubt, the Polish rebellion of 1863 against Tsarist rule incited some of these sentiments for Tolstoy in the 1860s, but it is positive to see him go back and revise himself, finding his earlier ideas unacceptable. I think critical readings of Tolstoy often come through Tolstoy’s own self-criticism because he is not as stable ideologically as Dostoevsky; we see him rewriting and critiquing himself over the years.
In Hadji Murat bekritiseert hij geweld tegen Polen, in wat ik beschouw als een Tolstojaanse terugblik op zijn eigen anti-Poolse sentiment in “Oorlog en Vrede” waar hij Poolse soldaten beschrijft die verdrinken vanwege wat hij beschouwt als hun onderdanige bewondering voor Napoleon. Ongetwijfeld heeft de Poolse opstand van 1863 tegen het tsaristische bewind Tolstoj in de jaren 1860 tot een aantal van deze gevoelens aangezet, maar het is positief om te zien hoe hij terugkeert en zichzelf herziet, omdat hij zijn vroegere ideeën onaanvaardbaar vindt. Ik denk dat kritische lezingen van Tolstoj vaak via Tolstojs eigen zelfkritiek komen, omdat hij ideologisch niet zo stabiel is als Dostojevski; we zien hem zichzelf in de loop der jaren herschrijven en bekritiseren.
De academische wereld zelf dekoloniseren
Gevraagd naar een mogelijke verschuiving naar meer Oekraïense studies in de Amerikaanse academische context, is Kokobobo het ermee eens dat er meer belangstelling zou moeten zijn, aangezien Slavische studies vaak worden gedomineerd door Russische studies, iets wat waar is in de mondiale academische wereld. Ze merkt ook het volgende op:
Russian simply enrolls more students than other languages, but I think these enrollment patterns are also part of a broader colonial history. We see similar things at play when we compare enrollments for Spanish versus the enrollments for indigenous languages in Latin America. When we think about decolonizing the field at large, I think it begins incrementally. It begins with integrating Ukrainian and Belarusian voices as Russophone or non-Russophone perspectives into content courses. Likewise, it behooves us to interrogate Russia’s imperial mission in how we present Russian culture to students, both by inserting perspectives that are normally erased, and by explaining Russia’s history of colonialism.
Russisch heeft gewoon meer studenten dan andere talen, maar ik denk dat deze inschrijvingspatronen ook deel uitmaken van een bredere koloniale geschiedenis. We zien iets soortgelijks wanneer we de inschrijvingen voor Spaans vergelijken met die voor de inheemse talen in Latijns-Amerika. Als we denken aan het dekoloniseren van het veld in het algemeen, denk ik dat het stapsgewijs begint. Het begint met de integratie van Oekraïense en Wit-Russische stemmen als Russofone of niet-Russofone perspectieven in inhoudelijke cursussen. Evenzo moeten we de imperiale missie van Rusland aan de orde stellen in de manier waarop we de Russische cultuur aan studenten presenteren, zowel door perspectieven in te voegen die normaal gesproken worden uitgewist, als door de koloniale geschiedenis van Rusland toe te lichten.
Ze besluit met te zeggen dat er geen noodzaak is voor academie om een zero-sum spel te zijn:
I’m being flippant now, but truly: I hereby offer our online Ukrainian course at the University of Kansas to all my colleagues as a resource. Sometimes advanced Russian students are the best candidates for this kind of a course. It is not an either/or proposition, there’s no need to get territorial around this. I don’t think that Russian Studies will meet an untimely demise if we make space in our units for Ukrainian Studies and look at Eastern/Central Europe and Eurasia more holistically as a region comprised of a range of identities and cultures, each rich and worth studying in their own right.
Ik ben nu luchthartig, maar echt: Ik bied hierbij onze online Oekraïense cursus aan de Universiteit van Kansas aan al mijn collega's als een bron. Soms zijn gevorderde Russische studenten de beste kandidaten voor zo'n cursus. Het is niet het een of het ander, je hoeft hier niet territoriaal over te doen. Ik denk niet dat Russische studies een vroegtijdige ondergang tegemoet gaan als we in onze eenheden ruimte maken voor Oekraïense studies en Oost- en Midden-Europa en Eurazië op een meer holistische manier bekijken als een regio die bestaat uit een reeks identiteiten en culturen, die elk op zich rijk en het bestuderen waard zijn.