El Salvador-project illustreert de ‘onzichtbare’ Afrikaanse wortels van gewone Latijns-Amerikaanse woorden

Afbeelding door Carlos Lara, gecreëerd door de auteur en gepubliceerd met zijn toestemming.

Het volgende verhaal is van de Afro-Salvadoraanse kunstenaar en activist Carlos Lara, die een deel van zijn kunstwerken deelt met Global Voices. Alle illustraties zijn gemaakt door Carlos Lara en worden hier met zijn toestemming gepubliceerd.

Volgens de laatste volkstelling (2007) erkennen slechts 7.400 Salvadoranen hun Afrikaanse wortels. Echter, er wordt gedacht dat dit aantal niet de werkelijkheid weerspiegelt. Tijdens de jaren dertig verborgen veel inwoners hun ware oorsprong vanwege het fascistische en racistische beleid van generaal Maximiliano Hernández Martínez. De toenmalige migratiewet, ‘beïnvloed door een mentaliteit, redenaties en praktijken die zijn gebaseerd op wetenschappelijk racisme, dat groepen hiërarchiseert en rassen construeert,’ ziet het blanke ras als superieur en de inheemse en zwarte rassen als inferieur. Sindsdien hebben veel Afro-Salvadoranen hun etnische wortels verborgen gehouden.

De Volksdag van de Salvadoraanse Afro-afstammelingen werd herdacht op 29 augustus 2020, met de bedoeling om het onzichtbare verhaal van de gemeenschap van Afro-afstammelingen in El Salvador te vertellen. Naar aanleiding van het idee van een vriend, de kunstenaar Jesús Cerén, organiseerden leden van de organisatie AFROOS een activiteit genaamd “Arte Afrogosto.” Kunstenaars en illustratoren werden uitgenodigd om 31 woorden (één voor elke dag van augustus) van Afrikaanse afkomst te vertegenwoordigen. Er werd nadruk gelegd op de woorden die in El Salvador worden gebruikt. Het idee was om te benadrukken hoe diep de Afrikaanse invloed verweven is in onze taal en cultuur, ondanks het feit dat deze in het verleden grotendeels teniet is gedaan.

Vrienden en kunstenaarsvrienden! Je hebt ooit deelgenomen aan de ‘inktober’, wat, zoals je weet, een oefening is om elke dag een woord dat in de officiële lijst staat te illustreren.

Hier zijn enkele van de woorden die ik voor deze gebeurtenis heb geïllustreerd. Ik leg in het kort hun etymologie en gebruik in de regio uit:

Chingar: Dit is een veel voorkomend woord in het Mexicaanse Castellano. Het betekent “lastig vallen”, “irriteren”, “zeuren”, “iemand niet met rust laten”. Volgens de RAE Dictionary is het afgeleid van het Roma-woord (“zigeuner”) “cingarár”, wat “vechten” betekent. Anderen hebben echter de oorsprong ervan gevonden in de Bantu-talen van de tot slaaf gemaakte Afrikanen die door de Portugezen en de Spanjaarden zijn meegebracht.

In Brazilië betekent Xingar (uitgesproken als “chingar”) “beledigen”, “schofferen”; het woodt komt uit de Kimbundu en Kikongo Singa-talen uit de Centraal-Afrikaanse regio.

Cumbia: Het is een populaire dans, voornamelijk uit Colombia en Panama, die blanke, Afrikaanse en inheemse tradities combineert. Volgens sommige theorieën komt het van het woord cumbé, een dans uit Equatoriaal-Guinea. Volgens andere onderzoekers is het ofwel een afkorting van cumbancha, van de Mandinka van West-Afrika, of een afleiding van de woorden kumba, kumbé en kumbí, waarbij de ‘k’ een ‘c’ wordt bij het integreren van de Spaanse taal, met de betekenis van “drums” of “dansen”.

Cumbia is één van de belangrijkste identiteitskenmerken van Salvadoranen.

Gallina Guinea: Letterlijk een hen uit Guinee, die “klein is, met een benige kuif, een blote kop, blauwachtig zwart verenkleed met witte vlekken en een korte en spitse staart”.

Er liggen drie landen in Afrika met de naam Guinee, gelegen in de regio met dezelfde naam: Guinee, Guinee-Bissau en Equatoriaal-Guinea. Het laatste is een Portugees sprekend land.

 

Guineo: Fruit van de bananenboom. De guineo, ook wel banaan genoemd, komt oorspronkelijk uit Zuidoost-Azië. Het bloeide vervolgens in Afrika en later in Amerika. Er wordt echter geloofd dat de naam guineo afkomstig is uit West-Afrika, voorheen bekend als “Guinee”, wat in de Berbertaal “land van de zwarten” betekent.

India is nu ‘s werelds grootste bananenproducent en er is een land in Zuidoost-Azië met de naam Guinee: Papoea-Nieuw-Guinea.

 

Jelengue: In Puerto Rico betekent het ‘ergernis’, ‘moeite’, ‘overlast’, ‘ongeluk’. In El Salvador is het synoniem voor chonguenga (een sociale bijeenkomst), pachanga (een dansfeest), molote (een date), jolgorio (festiviteiten), movimiento (beweging), desvergue (een uitbarsting) of fiesta (een feestje).

Marimba: Als we over de marimba horen, denken we soms aan Guatemala en associëren het met de inheemse wereld. De marimba heeft echter een Afrikaanse oorsprong. Het is een percussie-instrument dat lijkt op de xylofoon, en de naam komt van het Kimbundu of Bantu. Het waren de Afrikaanse slaven die het naar Amerika brachten, waar het ook bekend staat als Kalimba of Malimba.

Mondongo: Dit is een soort stoofpotje of braadpan bereid met de buik (mondongo) van een koe of varken, waaraan ander vlees, groenten, peulvruchten en kruiden worden toegevoegd. Het is in veel Spaanstalige landen een traditie en wordt in Venezuela beschouwd als een nationaal gerecht. Het woord mondongo komt van het woord mondejo, dat op zijn beurt lijkt te zijn afgeleid van bandujo, waarvan de oorsprong onzeker is.

Het woord werd geïntroduceerd door de Bantoesprekende Afrikaanse slaven, die de stukken rundvlees mochten eten die hun meesters weggooiden.

Pachanga: Dans afkomstig uit Cuba, waar het ‘opschudding’, ‘feest’, ‘bruisend amusement’ betekent.

In El Salvador verwijst het naar een populair of familiefeest, meestal met dansen.

Pachanga is waarschijnlijk afgeleid van een feest “para Changó” (letterlijk “voor Changó”). Changó is één van de belangrijkste godheden van de religie van de Fon- en Yoruba-bevolking van respectievelijk Benin en Nigeria. “Para Changó” evolueerde naar “pa'Changó” en werd uiteindelijk pachanga. Het kan ook als werkwoord en als bijvoeglijk naamwoord worden gebruikt: pachanguear (v.) En pachanguera/o, waarmee iemand wordt beschreven die “graag pachanguear” of “naar pachangas gaat”.

 

Ruco: In zowel Colombia als Mexico betekent ruco ‘oud’.

In El Salvador heb ik het gehoord met twee betekenissen die onderling met elkaar verbonden zijn: de ene is `oud` en de andere is ‘tandloos’ (synoniem van sholco). In ieder geval verwijst het woord ‘tandloos’ naar iemand van hoge leeftijd die zijn tanden heeft verloren, queda ruco.

Zombie: Een entiteit die op de één of andere manier weer tot leven is gekomen. Het heeft zijn oorsprong in de “Vodoo” religie van delen van West-Afrika. Volgens het geloof kan een dode persoon worden opgewekt door een houngan of bokor die een ritueel uitvoert. Eenmaal tot leven gebracht, zou de zombie onderworpen zijn aan de wil van degene die hem of haar heeft opgewekt.

Er zijn verschillende mogelijke wortels voor de term zombie naar voren gebracht, de meeste van hen Afrikaans. Er bestaat ook onderzoek naar de Haïtiaanse oorsprong van zombies die historisch verbonden is met slavernij en onderdrukking in Haïti.

Carlos Lara is lid van de NGO Afrodescendientes Organizados Salvadoreños (AFROOS), ‘een organisatie die zich inzet voor de erkenning, het verzet en de strijd van de Afro-Salvadoraanse bevolking’. Je kunt hem volgen op Facebook, InstagramTwitter en YouTube om meer te weten te komen over zijn werk en om meer Afrikanismen in de Salvadoraanse taal te ontdekken.

 

Start een discussie

Auteurs graag inloggen »

Regels

  • Alle reacties worden beoordeeld door een moderator. Verzend je reactie maar één keer, anders kan deze als spam worden gemarkeerd.
  • Wees respectvol tegen elkaar. Reacties met hatelijke opmerkingen, obsceniteiten en persoonlijke aanvallen worden niet goedgekeurd.