- Global Voices in het Nederlands - https://nl.globalvoices.org -

Onze nieuwe normaal hoeft niet gedicteerd te worden door een monopolie van computers

Categorieën: Latijns-Amerika, Mexico, Burgermedia, Inheems, Technologie, COVID-19, The Bridge, Rising Voices

Foto door Gabriel Vasquez/Flickr [1] (CC BY 4.0 [2])

Dit artikel werd oorspronkelijk gepubliceerd in Comunicares [3] [es] en is bewerkt door Global Voices.

Als ik het nieuws bekijk in deze coronatijd, vooral het nieuws uit de telecommunicatiesector waarin ik werk, lijkt het alsof het nieuwe normaal na corona er een is waarin de informatie- en communicatietechnologie (ICT) een grote rol spelen, vooral met de meest gruwelijke aspecten ervan die verband houden met toezicht, zoals kunstmatige intelligentie.

Het lijkt erop dat we het hebben overleefd dankzij Amazon of dankzij de fantastische mogelijkheid dat iedere beweging gemonitord wordt door onze mobiele telefoon, of omdat door de ICT onze kinderen nog steeds les konden krijgen, zonder in ogenschouw te nemen dat, vooral in dit laatste geval, de resultaten niet geweldig zijn.

Maar het nieuwe normaal hoeft niet gedicteerd te worden door een monopolie van computers en door toespraken over de voordelen van 5G, kunstmatige intelligentie en Big Data. Het nieuwe normaal kan er een zijn dat ons dichter bij de natuur brengt, en daarvoor vinden we in de inheemse en plattelandsgemeenschappen grote voorbeelden.

Ik heb het geluk om met inheemse gemeenschappen in Mexico te werken, en de quarantaine op het platteland te hebben doorgebracht. De veerkracht van deze gemeenschappen, niet tegen het virus, maar tegen de staat van beleg die de pandemie heeft veroorzaakt, is indrukwekkend. Veel van deze gemeenschappen gaan door met hun dagelijks leven zonder veel veranderingen. Ze hebben alleen hun grenzen gesloten voor buitenstaanders.

Foto door de auteur van de gemeenschap in Santa María Yaviche, Oaxaca, Mexico

Wanneer enkele journalisten me benaderen met de zorg dat de jeugd in de inheemse gemeenschappen niet het internet hebben om door te gaan met hun lessen, vraag ik me af: hoe leg ik ze uit dat dit eigenlijk een grote kans is om de kinderen de essentiële kennis van het leven bij te brengen die hun gemeenschap ze kan geven, zoals het verbouwen op milpa's, het begrijpen van de natuur, kunst en het behoud van grondgebied?

De veerkracht van de gemeenschappen tegen de opsluiting zit niet in hun ICT-systemen – in feite zijn ze in veel gevallen slecht verbonden – maar in hun manier van leven, waar wij vroeger dichter bij in de buurt kwamen, maar waar we ons helaas van hebben afgekeerd. Ook veel andere gemeenschappen hebben we ervan overtuigd ervan weg te gaan.

Gebaseerd op dit leerpunt wil ik enkele lijnen delen waarmee ik hoop dat het nieuwe normaal kan worden gevormd.

Voor zover we weten, is het coronavirus dat de ziekte Covid-19 veroorzaakt direct gerelateerd aan de aantasting van ecosystemen en is het jagen op wilde dieren, het consumeren van dieren zoals de vleermuis, essentieel in de verspreiding.

De vernietiging van bossen en regenwouden is in de afgelopen jaren verergerd. Zelfs presidenten zoals die van Brazilië en de Verenigde Staten hebben afstand gedaan van discussies over milieubehoud die ze op zijn minst als een daad van fatsoen zagen, en spreken zich nu openlijk uit voor handelingen die de vernietiging van bossen en regenwouden veroorzaken. De manieren waarop die worden aangevallen zijn talrijk en voor iedereen zichtbaar: houtkap, mijnbouw, fractionering, pijpleidingen, energieprojecten.

De nieuwe normaal waar ik van droom zet stedelijke ontwikkelingsschema's op waarin het wildlife in het gebied tot prioriteit wordt gemaakt, ecologische verbindingszones worden gecreëerd, bouwnormen worden vastgesteld die grote percentages van groene gebieden in stand houden. Een model waarin het leven vooropgesteld wordt, niet alleen in de reglementen, maar ook op de academies, in de colleges van ingenieurs en architecten, op de scholen en in de media, waardoor een nieuw sociaal idee van groei ontstaat, waarin het behoud van ecosystemen van de gemeenschappen vóór de mijnbouw, verstedelijking en het toerisme gaat.

Regenwoud van Guatemala. Foto door Melissa Vida, gebruikt met toestemming.

De andere lijn die inheemse volkeren ons laten zien is de duurzame productie van voedsel. Stedelingen voelen zich steeds minder verbonden met het voedsel dat ze consumeren. Dit heeft een verlies aan culinaire cultuur veroorzaakt in het land, wat als gevolg heeft dat men een minder divers dieet heeft of een dieet aanneemt met veel geraffineerd voedsel en vetten, dat obesitas, diabetes en een hoge bloeddruk kan veroorzaken. In deze pandemie zijn deze zaken essentieel geweest voor de hoge dodelijkheid van het virus in Mexico.

Het nieuwe normaal verbeeld ik me met stadstuinen in elke voorstad, waar mensen die geen ruimte hebben in hun huis een stukje grond kunnen vragen om op een duurzame manier voedsel te produceren. Ik heb twee van zulke initiatieven bezocht in Washington en Stockholm, en ik weet zeker dat veel mensen baat zouden hebben bij iets vergelijkbaars in onze steden.

Het is nodig dat mensen die geen werk hebben ten minste wel voedsel hebben. Studies [4] [en] schatten dat, door de vooruitgang in kunstmatige intelligentie en automatisering, in de komende decennia 47% van de banen in de Verenigde Staten en ongeveer 70% van de banen in landen als India of Thailand zullen verdwijnen.

Ik zie ook een herwaardering voor me van de roeping van de landbouwgebieden dicht bij de steden, die ze beschermt tegen verstedelijking en hun economische en culturele belang erkent. Kort gezegd, dat wat we consumeren in de steden in grotere mate uit de steden zelf komt.

Stadstuin in San Diego, Verenigde Staten. Foto door Osbornb/Flickr [5] (CC BY 2.0 [6])

De andere lijn die de nieuwe werkelijkheid zou trekken is een radicale verandering in het onderwijs dat de slechtste resultaten heeft opgeleverd in deze pandemie. Terwijl we in Mexico denken dat het belangrijk is om de lesuren uit te breiden, is de school- en werkdag in noordelijke landen ingekort zodat men meer tijd met familie kan doorbrengen, en de studieresultaten zijn erg positief [7] [en].

Ik stel me een vorm van onderwijs voor die minder invasief is, die de enorme kennis erkent die bestaat in de gemeenschappen en de ruimte laat om deze over te dragen. Ik denk aan een school die minder vervreemdend is en, in plaats van kennis over te dragen, een dialoog begint die zorgt dat verschillende culturen elkaar kunnen verrijken.

Als laatste denk ik dat het nieuwe normaal een nieuwe stedelijke architectuur nodig heeft. Een andere les die in de inheemse en plattelandsgemeenschappen geleerd is, zijn hun nederzettingen met een stedelijk perceel en een beplantingsgebied. De huizen zijn klein, maar de patio's zijn groot, en daar speelt alles zich af: groenten worden geplant, boerderijdieren worden gehouden en de jongens en meisjes spelen, et cetera. Een quarantaine in deze gebieden zou best te doen zijn, daarnaast zijn er de landbouwgronden waar ik het eerder over had.

Groentetuin. Foto door Carlos Zambrano/Flickr [8] (CC BY-NC-ND 2.0)

In plaats daarvan laten steden steeds meer tekenen zien van overbevolking, de moderne huizen van mensen met hoge inkomens lijken op hotels, die van mensen met lage inkomens lijken op gevangenissen, maar er zijn geen groene gebieden, en als die er zijn, zijn ze heel klein.

Het nieuwe normaal zou grotere groene gebieden hebben in de voorsteden, meer parken, een betere bescherming van stedelijke bossen, een nieuwe manier van bouwen waarin al het bebouwde terrein een gedeelte groen heeft.

De huidige crisis brengt de problemen aan het licht die worden veroorzaakt door het paradigma van de dominante bevolking en waarvan de oplossing niet kan worden gevonden in de technologie die de expansie ervan bevordert en die nu als wondermiddel wordt gezien. Het is in de manier van leven van inheemse volkeren, waarmee ze al duizenden jaren overleven samen met de ecosystemen die ze bewonen, waar we het antwoord moeten zoeken.