- Global Voices in het Nederlands - https://nl.globalvoices.org -

De implicaties van de COVID-19 pandemie voor het milieu

Categorieën: België, Brazilië, China, India, Verenigd Koninkrijk, Verenigde Staten, Burgermedia, Gezondheid, Milieu, Technologie, Wetenschap, COVID-19
A forestry worker, wearing a face mask for protection against coronavirus, gathers fallen wood from a tropical area, in Guinée, Africa. [1]

Een bosbouwarbeider, met mondmasker ter bescherming tegen het Corona-virus, verzamelt afgevallen hout in een tropisch gebied in Guinee, Afrika. Foto's met dank aan Aboubacarkhoraa Wikimedia Commons (CC BY-SA 4.0)  [2]

 

COVID-19 lockdowns [3] leverden spectaculaire beelden van natuurlijke regeneratie: smog verdween uit de luch [4]t in Indië, waterwegen in Italië werden voor het eerst weer helder, wilde berggeiten zwierven [5] door de straten van Wales, zeeschildpadden keerden terug [6] naar de stranden van Brazilë. Veel mensen, aan huis gekluisterd door de lockdown, hadden tijd om na te denken over deze verschijnselen. Verhalen over het dagelijkse leven dat tot stilstand kwam, boden inzicht en een moment van reflectie. Is dit ook een unieke kans? Andrew Kowalczuk, medewerker van Global Voices, is milieutechnisch ingenieur [7] en ex-biomedisch onderzoeker. We interviewden hem over de implicaties voor gezondheid, natuur en klimaatverandering in de post-COVID toekomst.

Kevin Rennie (KR): We zagen de spectaculaire terugkeer van dieren in hun habitat en stedelijke gebieden gedurende de lockdowns tijdens de COVID-19-crisis. Wat betekenen die nieuwe kansen of bedreigingen voor de natuur?

Andrew Kowalczuk (AK): De terugkeer van flora en fauna houdt een krachtig appel in om meerdere redenen. In de beslotenheid van de haast beklemmende Corona-stilte stelden mensen vast dat ze dichter bij de natuur staan dat ze ooit dachten. En dat is heel hoopgevend, het is een atavisme, of een fascinatie met biodiversiteit in tegenstelling tot verstedelijkt leven. De keerzij van de medaille is dat mensen juist beschermers zijn van zeldzame dieren. Globaal bekeken is eco-toerisme veruit de meest belangrijke bron van financiering voor nationale parken, natuurreservaten en natuurbeschermingsprojecten. De COVID- reisbeperkingen waren de directe oorzaak van de instorting van de toeristische sector, en bijgevolg ook de economie van die bestemmingen. In Afrika, Centraal Amerika en andere plekken op de wereld is er helaas een toename van stroperij ontstaan. Wanhoop is het motief, en het gebrek aan rangerpatrouilles in de natuurreservaten creëert de gelegenheid. Hopelijk zal voldoende media-aandacht zich vertalen in een betere bescherming van kwetsbare dieren na COVID-subsidies.

KR: COVID-19 dook op in China in de winter van 2019, maar er bestaat nog steeds controverse over de precieze oorsprong, en of de uitbraak voorkomen had kunnen worden. Hoe gebeurt de overdracht van virussen van de natuurlijke omgeving op de mens?

AK: historisch gezien waren alle grote pandemieën zoönotisch [8] van oorsprong. Dat betekent dat een natuurlijke ziekteverwekker, al aanwezig in dieren, gewoonlijk zoogdieren, de sprong tussen mens en dier kon overbruggen. De Plaag van Justinianus [9], en de builenpest in de Middeleeuwen ontstonden uit een bacil [10], oorspronkelijk bij knaagdieren. De griepepidemie van 1918 [11] was van virale oorsprong, en was een re-combinatie van verschillende zoogdiervirussen uit veestapels. Het verschil met COVID-19 vandaag is dat de overbevolking langzaam maar zeker doordringt in de natuurlijke omgeving, en meer in contact komt met voorheen exotische dieren. Dat is de les. Verschillende coronaviridae [12] zijn nauw verwant met die van vleermuizen, en kunnen menselijke ziektes veroorzaken. SARS-CoV-2, de ziekteverwekker van COVID, is op zijn beurt genetisch erg gelijkend. En er waren eerdere, recente waarschuwingen in de vorm van de uitbraken van DARS-1 en MERS, in 2003 en 2012. Dus ja, in theorie had COVID-19 voorkomen kunnen worden, door het meteen aan banden leggen van natuur-op-mens-overdracht.

KR: Er gaan ook geruchten over het ontstaan of de verandering van het nieuwe coronavirus in een laboratorium. Is dat überhaupt mogelijk?

AK: Dat is eigenlijk een goede vraag. Dat is wat veel mensen nog zouden willen weten. SARS-CoV-2 was met zekerheid niet nieuw gecreëerd in een laboratorium, dat is niet mogelijk. Maar we kunnen wel kijken naar de meer realistische mogelijkheid van bewuste genetische verandering. De bewijzen die gevonden werden door het in kaart brengen van DNA [13]-sequenties en fylogenie [14] maken dit onwaarschijnlijk. De nieuw ingevoegde nucleotides, gevonden in de spike-eiwitdomeinen [15] van het SARS-CoV-2 Coronavirus, zijn niet iets wat een geneticus logischerwijze zou doen, bij gain-of-function [16] experimenten. Maar dat sluit het scenario niet uit van een van nature voorkomende virusstam, met kenmerken van klinische betekenis, die in een laboratorium geïsoleerd zijn, en dan ontsnapt zijn. Als dat zo zou zijn, zal de geschiedenis het snel genoeg uitwijzen. In elk geval is het van belang dat preventie van toekomstige epidemieën zal afhangen van ecologische verantwoordelijkheid. Nieuwe virussen zullen altijd blijven voorkomen in de natuur.

KR: Sommige natuurlijke habitats verdwijnen doordat ze uitgeput en beschadigd worden door mensen. Kan de vertraging door de pandemie tijdwinst betekenen om deze activiteiten onder de loep te nemen?

AK: Niet noodzakelijk. Een voorbeeld is de ontbossing in het Amazonegebied in Brazilië. Verwacht werd dat de lockdown de vernieling van het regenwoud [17] zou vertragen. Maar het tegendeel gebeurde, er ontstond een sterke toename van ontbossing begin april van dit jaar, waargenomen ter plaatse en door satellietopnames. Er speelt een dubbel effect. Eerst koos de Braziliaanse regering ervoor om de milieuwetgeving niet toe te passen en zelfs amnestie af te kondigen voor illegale houtkap. Vervolgens vestigden magnaten wiens legale handel niet meer winstgevend was gedurende de lockdown hun aandacht op het Amazonewoud. De mensen die het regenwoud wegkappen zijn arme arbeiders die werken in een veranderende, informele economie en weten dat het illegaal is. Ze kunnen zelfs spijt hebben, maar zien geen andere bestaansmogelijkheid. Behalve het verlies van kooldioxide-opslagcapaciteit [17] zullen ook meer intense brandseizoenen het gevolg zijn. En het verlies aan biodiversiteit is analoog, of staat synoniem voor de kwestie van natuurbehoud.

KR: Verbetering van luchtkwaliteit werd gesignaleerd over de hele wereld gedurende de lockdowns. Hoe kunnen we hierop voortbouwen?

AK: Dat aspect werd het meest waargenomen door de bevolking omdat smog voorkomt in dichtbebouwde stedelijke gebieden. Als plotseling de hemel blauwer is en mensen vrijer kunnen ademen, realiseren ze zich dat een gezonder en duurzamer leven binnen bereik ligt. COVID lockdowns betekenden de grootste beperking van bewegingsvrijheid van de bevolking in de geschiedenis van de mensheid. En dat legde industriële en andere bronnen van vervuiling, fijne deeltjes en broeikasgassen aan banden. De globale kooldioxide-emissie zal in 2020 de grootste daling van het jaarlijkse percentage vertonen sinds de tweede wereldoorlog, het effect is enorm. Sommige grote steden zoals Milaan en Brussel willen stedelijke ruimte terugwinnen op autoverkeer. En er bestaat nu een unieke uitgangswaarde om een schatting te berekenen van hoe het zou zijn zonder voertuigen met verbrandingsmotor. De naleving van de regelgeving zou anders inder strikt zijn, dus, ja, jurisdicties zullen deze gelegeneid te baat nemen om maatregelen voor verbeterde luchtkwaliteit erdoor te drukken.

KR: Tenslotte, welke uitdagingen voor de klimaatverandering staan ons te wachten in de post-COVID-wereld? Hoe kunnen we ze het beste aanpakken?

AK: Nou, mijn dank gaat naar u en al onze Global-Voices-auteurs om zulk een omvattend beeld van de vraagstukken te brengen. Op korte termijn werd de diplomatie op gebied van klimaatveranderingspolitiek een beetje geremd door COVID. Wat de economie betreft hebben enorme hoeveelheden gigawatt aan duurzaam opgewekte energie die in 2020 online zouden gaan, vertraging opgelopen bij het uitrollen. Dit gezegd zijnde, worden verwacht dat de Verenigde Staten, voor het eerst, meer electriciteit met hernieuwbare bronnen zal produceren dan met steenkool. Duurzame energie kan economische groei stimuleren tijdens het herstel van de recessie, in alle landen. Te meer daar deze productie gedecentraliseerd is. Op het gebied van natuurwetenschappen heeft de intensieve recherche voor het ontcijferen van Corona-virusgenoom, de epidemiologie [18] en vaccins meer openheid en urgentie voor internationale samenwerking met zich mee gebracht dan ooit tevoren. Datzelfde model zal nodig zijn voor de beperking van klimaatverandering. Dus dat is het. Dank voor het vooruitdenken in deze kwesties, de berichtgeving erover, en de vooruitziende blik voor de toekomst.