Dit artikel werd mogelijk gemaakt door een partnership met Transitions, een uitgeverij en mediatraining-organisatie uit Praag.
Op 5 februari 2020 werd een transgender op brute wijze aangevallen toen ze in de nachtploeg werkte in de Spar-supermarkt in Tbilisi, de hoofdstad van Georgië. Het staat vast dat het slachtoffer, die anoniem wil blijven, op grond van haar genderidentiteit het mikpunt was. Volgens haar advocaat, Tamar Zarkua, zijn transgenders in Georgië vaak het mikpunt van haatcriminaliteit, ook al wanneer ze bijvoorbeeld op straat lopen. Maar de meeste agressie komt voor in de publieke sector en in de seksindustrie.
Het aantal transgenders in Georgië is moeilijk in te schatten. Hoewel een peiling onder de bevolking in 2019 aantoonde negatief of ambivalent te oordelen over de rechten van seksuele minderheden (slechts 27 procent van de bevolking in alle leeftijdsgroepen gaven aan dat transgenders moeten worden beschermd), zijn er geen specifieke gegevens bekend over hun houding ten opzichte van transgenders.
Niettemin constateren transgenders en andere leden van de LBGT-gemeenschap regelmatig dat ze op grond van hun seksuele geaardheid worden gestigmatiseerd door vooral het conservatieve deel van de bevolking. Transgenders voelen zich extra gestigmatiseerd wanneer ze op zoek zijn naar veilig werk in een prettige omgeving. In Georgië is dit voor mensen met uiteenlopende achtergrond en identiteit een nijpend probleem.
De verhalen van Gabriela en Nata geven aan dat het bemachtigen van vast werk voor een transgender in Georgië vrijwel onmogelijk is.
Op straat gezet
Dat Gabriela Roskipova-Romanova transgender werd, was niet alleen haar keuze. Op haar werk kwam de 29-jarige Gabriela voor het dilemma te staan om te kiezen voor haar genderidentiteit of het behoud van haar baan. Ze koos voor het eerste, want ze wilde haar vrouwelijke identiteit absoluut niet verloochenen. Het gevolg was dat ze door haar familie werd verstoten.
Omdat ze geen werk kon vinden, ging ze twaalf jaar in de seksindustrie werken.
Nata: “ik heb zelfs niet geprobeerd om ergens anders werk te vinden. Ik voel het als een vernedering als ik op sollicitatiegesprek zou moeten.”
In 2014 werd in Georgië een anti-discriminatiewet aangenomen waarbij in theorie de bescherming van LBGT-mensen op de werkvloer werd vastgelegd. Gabriela: “Helaas is alles voor transgenders bij hetzelfde gebleven. De regering negeert ons. En zonder legale erkenning van transgenders en acceptatie door werkgevers verandert er niets.”
Voor Transgender-vrouwen liggen in Georgië de banen niet opgeschept. In het beste geval kunnen ze terecht in de horeca of in de NGO (Niet Gouvernementele Organisatie) sector. In het slechtste geval eindigen ze op straat. Door de lage lonen en weinig steun van de familie, moeten ze vaak meerdere baantjes aannemen om te kunnen overleven.
Gabriela verdient 20 Lari (€7) op een avond. Hiervan moet ze de helft aan haar hospita afdragen. “We zijn allemaal op een brute manier ons huis uitgezet en betalen de rekeningen voor huur, gas, water, elektriciteit en persoonlijke verzorging. Omdat we niet van het openbaar vervoer gebruik durven te maken, moeten we dure taxiritten betalen”, vertelt Gabriela. Ze heeft ook twee buren die transgender zijn en met z'n drieën ondersteunen ze elkaar.
Gabriela: “Op ons werk en op straat krijgen we totaal geen bescherming, zowel van onze klanten als de politie. Soms worden klanten agressief en willen ze je niet laten gaan. Ik ben wel eens in huizen opgesloten of naar afgelegen plaatsen gebracht waar ik tot bloedens toe werd afgetuigd. Vervolgens belde ik de politie en probeerde de aandacht van passerende auto's te trekken, maar niemand trok zich iets van mij aan.”
Roskipova is activist en omdat ze regelmatig interviews geeft aan de media, is ze een bekend figuur geworden. Nog niet zo lang komt ze op voor de wettelijke rechten van transgender-sekswerkers in Georgië. “Soms zit de politie achter mij aan of vertellen andere transgender-vrouwen die in de problemen zitten, mijn naam door. Ik ken mijn rechten en weet hoe ik mijzelf kan verdedigen”, vertelt Roskipova.
Roskipova: “Sommige LGBT-mensen hebben nooit hun school afgemaakt, zodat ze ook vrijwel nergens van op de hoogte zijn. Het is mijn ambitie om naar de universiteit te gaan en rechten te studeren. Nu ik als transgender door het leven ga, weet ik zeker dat ik andere lotgenoten wil helpen om voor hun rechten op te komen.
Ik heb veel moeten inleveren, maar ik voel me bevrijd en gelukkig, omdat ik mezelf kan zijn.”
Weggepest op haar werk
Nata Talikishvili, 29, heeft alles geprobeerd om niet als sekswerker te eindigen, maar tevergeefs.
Nata: “In het dorp waar ik woonde accepteerde ik elk baantje, van het vullen van dozen tot het werken in een plastic fabriek. Ik werkte zelfs in een betonfabriek. Daar werd ik ontslagen zonder uitbetaling van mijn laatste loon, met de mededeling: ‘Je bent een slappe ladyboy’. Ook probeerde ik het als straatveger, omdat ik dacht dat hier altijd behoefte aan was. Maar ik werd uitgelachen en ontslagen.”
Omdat Nata toch in haar levensonderhoud moest voorzien, werd ze weer sekswerker als ze tussen haar baantjes door weer werkloos was.
Nata: “Ik werkte 24 uur voor 220 Lari (€62) per maand bij een benzinestation. Daar had ik zelfs een slaapplaats en een douche. Na verloop van tijd durfde ik zelfs mijn eigen kleren en schoenen mee te nemen, totdat iemand dat zag. Ik moest middenin de nacht vertrekken en bracht de rest van de nacht door met ander sekswerkers.”
Als geschoold kok begon Nata uit te kijken naar mogelijkheden om haar talent in de praktijk te brengen. Ze had succes en kreeg een baan als assistent-chef bij het Ministerie van Defensie waar ze, na vijf maanden als volontair te hebben gewerkt, haar eerste salaris ontving.
Nata: “Voor het eerst in mijn leven ontving ik een salaris en had ik mijn verdiensten als sekswerker in het verleden achter me gelaten. In de keuken droeg ik een koksmutsje om mijn lange haar te verbergen. Maar op een dag vergat ik mijn mascara te verwijderen en een mannelijke collega zag dit.
Mijn collega treiterde mij net zolang totdat ik toegaf, mijn koksmutsje afdeed en iedereen mijn lange haar zag. Na dit incident nam ik mijn ontslag en liet alles voorgoed achter me.”
Op zoek naar erkenning
Nata kon uiteindelijk haar leven inrichten door parttime te gaan werken voor twee NGO's en ze vindt het een verademing dat ze haar leven op straat niet langer op het spel zet. Ze verdient een goed salaris en hoeft haar identiteit niet langer te verbergen. Maar ze vertelt wel dat ook haar ervaringen met NGO-organisaties heeft geleerd dat ook daar een vorm van uitbuiting niet helemaal is uitgebannen.
Ze vertelt dat ze met plezier vrijwillig sommige opdrachten heeft uitgevoerd, vanaf het organiseren van evenementen tot het leggen van contacten. Maar ze vond het nu mooi geweest.
Nata: “Ik ben activist, dus vind ik het normaal om hiermee om te gaan. Maar als ik constateer dat de organisatie mij op een hoger plan kan brengen en er niets mee doet, word ik toch verdrietig.”
Keti Bakhtadze, advocaat bij de Women's Initiatives Supporting Group (een van Nata's werkgevers), vertelt dat het vinden van werk voor transgenders al op jonge leeftijd een probleem is.
“Er zijn geen deskundigen op het gebied van transgender-tieners en de maatschappij heeft totaal geen begrip voor hun identiteit. Op de universiteit worden ze met hun geboortenaam aangesproken en moeten ze hun identiteit op hun officiële documenten vermelden”, vertelt Keti.
Volgens Bakhtadze betekent dit dat transgenders alleen toegang tot onderwijs krijgen ten koste van hun genderidentiteit.
“Als ze uiteindelijk al werk krijgen en ze hun identiteit met veel moeite hebben prijsgegeven, eindigt dit meestal met het verlies van hun baan.”
Maar er zijn geluiden dat de wet verder wordt verruimd. In mei 2019 heeft een onafhankelijk expert bij de Verenigde Naties op het gebied van geweld en discriminatie en gebaseerd op seksuele geaardheid en genderidentiteit, een rapport gepubliceerd. Hierbij werd er bij Georgië met spoed op aangedrongen ‘te verzekeren dat de procedure over wettelijke erkenning van genderidentiteit – gebaseerd op de zelfbeschikking van het individu – met een eenvoudige administratieve procedure wordt afgedaan; beledigende eisen moeten achterwege blijven, niet-binaire identiteiten erkend en toegankelijk zijn voor minderheden’.
Desondanks denkt Bakhtadze dat het Ministerie van Justitie geen interesse heeft om de procedure te beginnen. “Het ministerie wil wachten op het besluit van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens (ECHR)”, vertelt ze. Bakhtadze vertelt over twee transgenders die met de Georgische autoriteiten overhoop liggen en die weigeren om hun geslachtsverandering wettelijk te registreren.
Bakhtadzde: “Zonder toekomstige wettelijke en administratieve wijzigingen moeten transgender-vrouwen als sekswerker in hun levensonderhoud blijven voorzien, waarbij ze regelmatig met geweld worden geconfronteerd. Transgender-mannen gaan op hun beurt zonder contract door met hun werk in nagenoeg dezelfde vernederende omstandigheden. Dagelijks worden deze mensen aangezet om administratieve onregelmatigheden te plegen en ze blijven daarom kwetsbaar”, waarschuwt de advocaat.
Bakhtadze vertelt dat transgenders documenten moeten tonen om zich te identificeren, maar dat hun genderidentiteit vaak niet op de documenten wordt vermeld. Ze benadrukt ook dat Georgië een klein land is: “Wanneer iemand op grond van identiteit een baan weigert, kan dit betekenen dat men ergens anders geen baan meer op hetzelfde niveau kan krijgen, aangezien werkgevers elkaar kennen en onderling gegevens uitwisselen.”
Toch ziet advocaat Tamar Zarkua bij de Equality Movement (Beweging voor Rechtvaardigheid) – een NGO in de hoofdstad Tbilisi – een aantal positieve ontwikkelingen bij het indammen van discriminatie op de werkplek. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken in Georgië heeft voor politiemensen trainingen opgezet om wetsovertredingen met betrekking tot discriminatie beter te benoemen en te registreren. Het resultaat is echter nog ongewis, omdat “zelfs nu blijkt dat er in 2018 sprake was van veel overtredingen, de rechtbanken in slechts twee gevallen een motief voor discriminatie hebben geconstateerd”, vertelt Zarkua.
Maar transgenders hebben altijd nog een andere mogelijkheid om vooruit te kijken, omdat ze ergens asiel kunnen aanvragen. Omdat Nata langzamerhand genoeg had van haar gevecht voor erkenning en een eerlijke behandeling, dacht ze er serieus over om te emigreren en asiel aan te vragen. Maar na een lang gevecht tegen haar depressie heeft ze toch besloten om in Georgiē te blijven. Nata: “Ik veroordeel niemand die is vertrokken, maar mijn thuis is waar ik ben geboren en opgegroeid. Ik zie het als mijn opdracht om het leefmilieu te hervormen. Eigenlijk hadden we hier al generaties voor mij mee moeten beginnen, want dan hadden we nu misschien minder problemen.”
Noot van de redactie: Global Voices heeft het Ministerie van Justitie in Georgiē om commentaar gevraagd over de aanbevelingen in het rapport van de Verenigde Naties, maar kreeg geen reactie op het moment van publicatie.