- Global Voices in het Nederlands - https://nl.globalvoices.org -

Een blik op de lange geschiedenis van feministische bewegingen in Syrië

Categorieën: Midden-Oosten & Noord-Afrika, Syrië, Burgermedia, Geschiedenis, Literatuur, Vrouwen & sekse
[1]

Op een affiche staan historische foto's van Syrische vrouwen die deelnemen aan openbare evenementen in de twintigste eeuw. Copyright SFJN 2018. Gebruikt met toestemming. Klik voor grote afbeelding.

Het volgende artikel is het resultaat van een partnerschap tussen Global Voices (GV) en het Syrian Female Journalists Network (SJFN) [2]. Het is geschreven door Joey Ayoub [3], editor van GV MENA Newsroom met bijdragen van Alice Bonfatti [4], vertaalster Italiaans voor Global Voices en schrijver Elias Abou Jaoudeh [5].

De Syrische feministische beweging begon aan het einde van de negentiende eeuw toen de landen die nu bekend zijn als Syrië en Libanon onderdeel waren van het Ottomaanse rijk.

We krijgen een inkijk in deze rijke geschiedenis door een gesprek (in het Arabisch) tussen SFJN en Maya Alrahabi, mede-oprichtster van de Syrian Women's Political Movement  [6][ar-en]. Het gesprek werd geüpload op SFJN's SoundCloud account [7] [ar].

.

Het is geen toeval dat de feministische beweging begon aan het einde van de negentiende eeuw, in de tijd van de Nahda [8], ‘awakening’ in het Engels, een periode van culturele renaissance die begon in Egypte en zich al snel uitbreidde naar Libanon, Syrië en andere Arabisch-sprekende landen.

Hoewel de aandacht meestal uitgaat naar figuren als de Egyptische moslimgeleerde Rifa'a el-Tahtawi of de Libanese maronitische wetenschapper Butrus Al-Bustani, benadrukt Alrahabi de voortrekkersrol van wat de Syrische feministische beweging zou worden..

Sinds het begin van de beweging namen Syrische feministes deel aan de mondiale roep om basisrechten voor vrouwen zoals stemrecht en scholing.

مثل ما منعرف النسوية, الموجة تانسوية العالمية الاولى كانت تحي فقط عن بعض حقوق النساء, مثل التعليم او المشاركة بالانتخابات. فهذا طالبوا فيه النسويات الرائدات بسورية بنهاية القرن التاسع عشر وبداية القرن العشرين

Zoals we weten, sprak de eerste mondiale feministische golf slechts over een paar vrouwenrechten: opleiding en kiesrecht. Ook Syrische feministische activisten eisten die rechten op aan het einde van de negentiende eeuw.

Syrische vrouwen kregen in 1953 stemrecht.

Alrahabi brengt vrouwen in herinnering zoals Marianna Marrash [9] [en] die, al in 1870, voor dagbladen schreef en opriep tot de bevrijding van vrouwen (en was daarmee misschien wel de eerste Arabische vrouw die dat deed). Geboren en gestorven in Aleppo, leefde ze lang genoeg (1848-1919) om mee te maken hoe haar stad van Ottomaanse in Fransen handen overging. Marrash is misschien zelfs wel de eerste vrouw geweest die voor Arabischtalige dagbladen schreef. Ze bracht de traditie van Mujtama'at wa Majaless al-Adabyya Al-Nisa'iya [literaire kringen voor vrouwen] weer tot leven in haar familiehuis in Aleppo en mengde geselecteerde Europese invloeden met haar eigen Syrische invloeden.

Alrahabi refereert ook aan Mary Ajami en Adila Bayham Al Jazairi als uitstekende voorbeelden:

بتذكر مثلا ماريا عجمي اللي اسست السنة 1910 مجلة العروس وعادلة بيهم الجزائري اللي عملت في جمعيات نسائية، هدفها ثفافية واجتماعية والمنادة بحقوق المرأة مما يتناسب مع الموجة النسوية الاولى اللي كانت موجودة بالعالم.

Ik herinner me bijvoorbeeld Marya Ajami [10] [en] die in 1910 het tijdschrift Al-Arous (De bruid) oprichtte en Adila Bayham Al-Jazairi [11] [ar] die vele feministische organisaties oprichtte met een educatief en maatschappelijk doel en streed voor vrouwenrechten. Dit viel samen met de eerste mondiale feministische golf.

De beweging werd voortgezet, met hoogte- en dieptepunten, tot de Syrische staatsgreep in 1963 met het omverwerpen van de onafhankelijke Syrische Republiek en de opkomst van de Ba'ath partij.

Hierna volgde een tweede staatsgreep waarbij de leiders van de partij in 1966 werden afgezet en Salah Jadid werd geïnstalleerd, gevolgd door een derde coup door Hafez al-Assad die zichzelf in 1971 uitriep tot leider van Syrië. De familie Assad regeert Syrië tot op heden. Hafez al-Assad overleed in 2000 en werd opgevolgd door zijn tweede zoon Bashar al-Assad.

De houding van deze regimes ten opzichte van de Syrische feministische beweging was om ze te verbieden, in te perken of op te slokken. Hierdoor stokte de ‘natuurlijke ontwikkeling van de feministische beweging’, aldus Alrahabi en wat ervan over was ging op in de General Union of Syrian Women (GUSW). Behalve de GUSW, vervolgt ze:

لم يعد يرخص لاي جمعية نسائية جديدة وهذا استمر من 1963 لليوم

Heeft geen andere feministische beweging een licentie gekregen. En deze situatie duurt voort sinds 1963.

Onnodig te zeggen dat wat de GUSW wel of niet kon doen, vanaf het begin streng werd ingeperkt:

الاتحاد النسائي كان منظمة شبه حكومية لانه كان اولا عاملها شكلي ووظيفتها الاولي هي فقط التسفيق والتهليل انجازات السلطة في سورية او النظام السوري. لم تقدم على الارض للحقيقة مساعدة حقيقية للنساء.

Het GUSW was een semi-overheidsorganisatie met alleen formele taken. Hun acties mondden uit in slechts applaudisseren voor en het vieren van de regerende partij in Syrië. Het bood geen daadwerkelijk hulp aan vrouwen.

Volgens Alrahabi betekende dit monopolie van de staat dat zowel Syrische als de meeste Arabische feministen niet konden meedoen aan de tweede feministische golf die begon in de jaren zestig.

 لما صارت الموجة النسوية الثانية بالعالم واللي هي بدأت بالستينات تقريبا وبدأت تحكي عن مفهوم الجندر, مفهوم توريع الادوار الاجتماعية  بين الرجل والمرأة بالمجتمع, هون كان متوقف تطور الحراك النسوي بكا الدول العربية نتيجة سيطرة الانظمة الاستبدادية عليها

Met de start van de wereldwijde, tweede feministische golf omstreeks 1960, begonnen we gender en genderrollen in de maatschappij te begrijpen. De ontwikkeling van het feminisme door de hele Arabische wereld werd hier tegengehouden door de controle van autoritaire regimes.

Maar, er waren een aantal feministen in de Arabische wereld die over vrouwenrechten spraken vanuit een genderperspectief. Alrahabi gaf het voorbeeld van Hanan Nijme, die in 1980 In Damascus haar eigen culturele salon opzette. Nijme was bepalend in de vraag naar wetswijzigingen om de omstandigheden van vrouwen en kinderen in Syrië te verbeteren en een aantal concessies van de staat veilig te stellen. Hieronder volgt een korte biografie van Nijme (in het Arabisch).

Met deze achtergrond in gedachten interpreteert Alrahabi de Syrische revolutie sinds 2011.

 الثورة كانت ثورة على كل شيء ولذلك الناشطين الثوريين للحقيقة كان الهم دور بان تكون النساء ضمن مسيج الثورة وهذا تمدي لتنصيقيات اللي كان فيها تواجد للنساء مهم. وتطورت بعدين المنظمات النسوية السورية في الخارج اللي دعت لحقوق المرأة أو ادماج مطالب بمطالب الثورة. على صعيد اخر, كان في حركات متطرفة هي للحقيقة تعاملت مع النساء بوحشية وقمع وحاولت اعادة النساء الى ما قبل كذا قرن. فكان للحقيقة طرفين للمعادلة بعد الثورة

De revolutie in 2011 was een revolutie tegen alles. De vrouwen hadden een rol als revolutionaire activisten in de voorhoede van de revolutie en dat breidde zich uit naar de belangrijke aanwezigheid van vrouwen in organisaties (van protesten, plaatselijke raden enz.). De Syrische feministische organisaties die zich daarbuiten ontwikkelden, streden voor vrouwenrechten die samengingen met de eisen van de revolutie. Op een ander niveau, waren er extremistische groeperingen die vrouwen bruut en repressief behandelden en probeerden om ze eeuwen terug in de tijd te sturen. Tijdens de revolutie vocht je dus op twee fronten.