- Global Voices in het Nederlands - https://nl.globalvoices.org -

Syrische architecten dagen uit tot ‘naoorlogse’ wederopbouw met realtime design

Categorieën: Midden-Oosten & Noord-Afrika, Syrië, Burgermedia, Humanitair ingrijpen, Ideeën, Oorlog & conflicten

Een collage van Syrische initiatieven voor wederopbouw door toonaangevende ontwerpers met het windmolen-project van Khaled Malas, kaart/diagram van Omar Abdulaziz Hallaj, en de aardprojecten van de Qibaa Studio’s. Collage gemaakt door de auteur.

Te midden van toenemende luchtbombardementen in Aleppo [1] door het regime van Assad en zijn bondgenoten in februari 2016, verscheen er online een internationale wedstrijd onder de naam ‘Syrië: Naoorlogse Huisvestingswedstrijd’.  [2]

De wedstrijd werd georganiseerd door Matterbetter, een website die ‘de werkelijke problemen van de mensheid wil oplossen door het organiseren van wedstrijden op het gebied van architectuur en design’. De wedstrijd benadrukt de verschillen tussen Syrische en niet-Syrische benadering van wederopbouw in tijden van oorlog.

De wedstrijd richtte zich op een ‘naoorlogse’ werkelijkheid en vroeg deelnemers om ‘een oplossing te bedenken voor de woningschaarste nu steeds meer steden in het door oorlog verscheurde Syrië worden bevrijd en vluchtelingen terugkeren’. De deelnemers werden ook uitgenodigd om ‘leefomstandigheden te ontwerpen die het voor ontheemde Syriërs aantrekkelijk maken om terug te keren’.

De ontwerpers werden ook gestimuleerd om ‘groter te denken’ en om ‘een typologie voor te stellen die overal in Syrië en eindeloos kan worden toegepast tot de naoorlogse huisvestingscrisis is opgelost’.

Prominente platforms voor architectuur, zoals Archdaily [3], publiceerden de oproep, waarna er 245 inzendingen binnenkwamen, vooral uit Europa. Architecten uit Syrië of het Midden-Oosten maakten geen deel uit van de jury, die bestond uit leden uit Europa, Rusland en de Verenigde Staten.

Wederopbouw begint tijdens en niet na de oorlog

Architecten, ingenieurs en burgeractivisten uit Syrië hebben in hun land een heel ander proces van wederopbouw bedacht en toegepast dat vooral gericht is op het heden.

Hun ‘bottom-up’ en vindingrijke aanpak is gebaseerd op de gedachte dat wederopbouw niet kan worden uitgesteld tot een vage en hypothetische  toekomst ‘na het conflict’. Plaatselijke architecten zijn van mening dat er een dringende noodzaak tot wederopbouw is die niet los kan worden gezien van voortdurende herstelwerkzaamheden en bescherming van de burgers.

Hun aanpak leidde gedurende de strijd tot een proactieve en permanente betrokkenheid bij herstelprojecten. De projecten die ontstonden zijn misschien niet zo groots om te zien als niet-Syrische projecten, maar ze zijn vooral gericht op betrokkenheid van opkomende maatschappelijke, economische en politieke spelers ter plaatse.

Qibaa Studio [4], een jong architectencollectief uit het noorden van Syrië, heeft sinds 2013 huisvestingsstrategieën getest waarin ‘de mens centraal staat’, en waarbij gebruik werd gemaakt van lokale middelen met een lokale aanpak. Hun doel is om ‘de Syrische cultuur levend te houden door gebruik te maken van plaatselijke mogelijkheden en die te ontwikkelen.’ In hun doelstellingen [5] leggen ze uit:

We zijn een groep Syrische architecten die elkaar toevallig in het noordelijk deel van Syrië hebben ontmoet tijdens de Syrische Revolutie in 2011. Te midden van de enorme vernietigingen die ons land hebben getroffen, zowel fysiek als maatschappelijk, zijn we er vast van overtuigd dat het plannen van de wederopbouw nu begint, al tijdens het conflict, en niet in de nasleep ervan. Het begint in de harten en de geesten van hen die lijden door de oorlog en die de maatschappij zo willen veranderen dat het geweld niet meer terugkeert. Dit is essentieel op onze weg naar vrede.

In 2013 hebben we uit overtuiging Qibaa opgericht, een studio die duurzame toepassingen als doel heeft, waardoor we ons ruimtelijk beleid kunnen richten op wat onze gemeenschap in de huidige situatie dringend nodig heeft, terwijl we voor de lange termijn de basis leggen voor een duurzaam herstelproces voor ons door oorlog verscheurde land.

Architectuur van verzet

Khaled Malas [6], een Syrische architect en curator uit Damascus en medeoprichter van het Sigil Collectief, is ook betrokken bij het herstelproject door gebiedsspecifieke ‘alledaagse monumenten [7]‘ en ‘landelijke architectuur van verzet [8]‘ in de door het regime van Assad belegerde en bestookte gebieden.

Malas definieert zijn rol als architect als een architect die bouwt op bestaande netwerken van veerkracht, ingesteld door lokale maatschappelijke organisaties uit heel Syrië om het leven en de waardigheid in stand te houden tijdens de oorlog. Malas omschrijft de aard van zijn werk: [8]

Hoewel de hedendaagse omstandigheden afschuwelijk zijn, verliezen de mensen de hoop niet. In Syrië ontstaat in het leven van alledag een krachtig verzet bij mensen die vol toewijding anders denken en handelen. Juist in die groep dappere mannen en vrouwen hebben wij onze medestanders gevonden. Onze samenwerking geeft, naast andere vormen, daar concreet uitdrukking aan in een reeks bescheiden landelijke en semi-landelijke bouwwerken”

Verschuiving van aanpak

Omar Abdulaziz Hallaj, een interdisciplinaire Syrische architect en stedelijk planoloog uit Aleppo, roept de toonaangevende media op om de theorieën over ‘naoorlogse’ wederopbouw aan de kaak te stellen als een ‘mythe’. Tijdens een recent gehouden workshop en seminar [9]op het departement van Geïntegreerde Urbanisatie en Duurzaam Design aan de universiteit van Stuttgart verklaarde Hallaj [10]:

De theorie dat het conflict op zekere dag zal stoppen en dat de volgende dag de grote landelijke wederopbouw zal beginnen is een schijnmodel. Er komt geen ‘de dag nadat’.

Hallaj is ervan overtuigd dat een gecentraliseerd, grootschalig en landelijk wederopbouwproces gewoonweg onmogelijk is en dat bij iedere serieuze herontwikkelingspoging rekening moet worden gehouden met ideeën over vrijheid, de plaatselijke economie en gedecentraliseerde planning.

De realiteit is dat gecentraliseerde planning voor wederopbouw niet uitvoerbaar is, dat is het nooit geweest en zal het nooit zijn. In werkelijkheid vindt stedelijke ontwikkeling vooral plaats via de informele sector, op een paar uitzonderingen na als neoliberaal beleid beperkte kansen biedt aan opkomende militaire machthebbers en hun regionale partners. Natuurlijk zien de enkele uitzonderingen er goed uit voor het oog van de camera en dat kan uiteindelijk in twintig jaar leiden tot een paar honderdduizend toeristen. In Syrië zullen er vermoedelijk twee of drie van die uitzonderingen zijn met prachtige landschappen en gerestaureerde gevels, zoals in Beiroet. Gebieden waar maar heel weinig mensen naar toe zullen kunnen gaan. De rest van het land zal troosteloos zijn.”

“We moeten de aanpak veranderen. We moeten af van centralisatie en decentralisatie accepteren als een nieuwe manier om te komen tot besluitvorming. We moeten informaliteit accepteren omdat we niet langer normatieve, mooie en grootse oplossingen kunnen bedenken die niet zullen worden verwezenlijkt. Deze normatieve, mooie oplossingen zullen alleen maar meer corruptie in de hand werken. We moeten af van louter ruimtelijke planning en overgaan tot flexibele onderhandelingen en gebruik maken van maatschappelijke spelers ter plaatse.”

 

Tijdens een recente lezing [11] voor de vakgroep Architectuur van de universiteit van Venetië sprak Hallaj over het ‘recht van terugkeer’ van ontheemde Syriërs naar hun buurt en huis. Hij verklaarde dat architecten door hun ontwerpen een cruciale rol spelen om terugkeer mogelijk te maken. Ze kunnen faciliteren of juist belemmeren:

Wie hebben het recht terug te keren naar de steden? Architecten en planologen kunnen soms prachtige tekeningen maken, maar iedere lijn die ze op papier zetten kan bepalen wie er naar de stad terug kan keren en wie niet. Als je prachtige, grootse projecten ontwerpt, zoals een machtige projectontwikkelaar waarschijnlijk zal doen, kunnen mensen naar alle waarschijnlijkheid niet naar hun steden terugkeren.