- Global Voices in het Nederlands - https://nl.globalvoices.org -

Een verhaal over hongersnood en vluchten uit Kazachstan

Categorieën: Centraal-Azië & Kaukasus, Kazachstan, Burgermedia, Etniciteit & ras, Geschiedenis, Politiek

Kazachen op de vlucht voor de hongersnood in het begin van de jaren dertig, toen Kazachstan in de greep was van een door menselijk ingrijpen veroorzaakte ramp die miljoenen levens zou eisen in de hele Sovjet-Unie. (Foto: Kazakhstan’s Central State Archive of Film, Photo and Audio Documents)

Het onderstaande verhaal is een partner post [1] [en – alle links tenzij anders aangegeven] van EurasiaNet.org [2] geschreven door Joanna Lillis [3]. Opnieuw gepubliceerd met toestemming.

Toen Nurziya Kazhibayeva zes jaar oud was, raasde er een hongersnood door Kazachstan.

“Op een dag zei mijn moeder tegen mij: ‘We gaan naar China. Je kunt lopen, toch? Je bent een braaf meisje. We gaan te voet.’ Ik vroeg: “Is het ver?” zo herinnert Kazhibayeva zich.

In het begin van de jaren dertig was Kazachstan in de greep van een door menselijk ingrijpen veroorzaakte ramp die miljoenen levens zou eisen in de hele Sovjet-Unie.

Om hetzelfde lot te ontlopen, verliet Kazhibayeva's familie van nomadisch herders hun thuis in oostelijk Kazachstan en stak in maart 1933 de grens van China over, herinnert zich de 91-jarige Kazhibayeva, wiens stem ondanks haar hoge leeftijd nog helder en krachtig is.

Bij het zien van al die dode lichamen die aan de kant van de weg lagen opgestapeld, nam haar vader een besluit, zo vertelt ze. “Op een dag kwam hij thuis en vroeg: ‘Zullen we het wel of niet overleven?’, omdat er zoveel dode lichamen op de weg lagen … Mijn vader heeft er heel veel gezien. Dit is wat ik weet over de hongersnood,” vertelde Kazhibayeva aan EurasiaNet.org [2] tijdens een interview in maart, in het appartement van haar dochter Nazira Nurtazina, een historica die de memoires [4] van haar moeder heeft gepubliceerd.

Kazhibayeva’s vader had al de zware reis naar de regio Sinkiang in Noordwest-China gemaakt. In 1916, om aan een verordening van het Russische Rijk te ontsnappen waarbij moslims werden gemobiliseerd voor werkzaamheden achter het front tijdens de Eerste Wereldoorlog (hetgeen in Midden-Azië een opstand veroorzaakte) vluchtte hij naar China en keerde pas na de Russische revolutie terug.

Bijna tweehonderd jaar later vertrok hij opnieuw, dit keer met zijn gezin. Een gids wees hen de route om sovjet-grensposten te ontwijken waar ze zouden worden neergeschoten als ze werden ontdekt. In ruil gaven ze de gids en zijn zoon de bulgur die ze voor de reis hadden gemaakt en droegen de zieke jongen.

“We gingen ‘s nachts op pad en ik was erbij,” zegt Kazhibayeva. “Ik was de jongste van allemaal. Ik was zes jaar. Mijn ooms, mijn vaders jongere broers, hielden mij bij de hand. We liepen ‘s nachts en sliepen overdag.”

Ze liepen vijftien dagen om de bergen over te steken naar het dorp Tacheng. Daar ruilde de familie juwelen voor eten. Later ruilden ze enige bezittingen voor vee en sloten zich aan bij een nomadische Kazachse auyl (stad) op het platteland.

Daar overleefden ze de Asharshylyk, zoals Kazachen de hongersnood noemen die in Kazachstan op 31 mei wordt herdacht. Tijdens deze jaarlijkse herdenkingsdag worden de slachtoffers van Stalins repressieve bewind herdacht.

De hongersnood was het gevolg van de collectivisering die aan het einde van de jaren twintig werd opgelegd door Josef Stalin. In het geval van Kazachstan betekende dit dat nomadische herders en hun vee bij elkaar werden gezet in kolchozen, collectieve boerderijen, waar alles gemeenschappelijk werd bestuurd voor het welzijn van de mensen. Het versnelde tempo waarmee de collectivisering werd ingevoerd, en waarvoor massaal vee en graan werden gevorderd, had in Rusland, Belarus, Oekraïne en Kazachstan een wijdverspreide hongersnood tot gevolg.

“De belangrijkste reden (voor de hongersnood in Kazachstan) was de liquidatie van de Kazachse traditionele veehouderij,” zegt Talas Omarbekov, professor geschiedenis aan de Al-Farabi-universiteit in Almaty. “Aan het begin van de jaren dertig, bezaten de Kazachen bijna 40 miljoen stuks vee. Drie jaar later waren er nog maar 4,5 miljoen over.”

Nomadische Kazachen trokken rond in kleine groepen die zelfvoorzienend waren. Omdat hun kuddes echter massaal werden gevorderd om andere delen van de Sovjet-Unie te voeden, dreigde voor hen de hongersnood.

“Vooral het vorderen van vlees was zorgwekkend en fataal voor de Kazchen,” zegt Omarbekov, die al vijfentwintig jaar onderzoek doet naar de hongersnood. “De Kazach, nomade en herder, werd altijd gered door zijn vee, zijn vlees, zijn melk en zijn kymyz (paardenmelk) en dus kwam hij om.”

“Hun vee was hun enige rijkdom – hun enige bezit,” zegt Smagul Yelubay, een schrijver wiens familie de hongersnood overleefde door naar westelijk Kazachstan te vluchten en uiteindelijk in Turkmenistan in een dorp bij de Afghaanse grens ging wonen. “Toen hun vee werd afgepakt, stierven ze.”

Naar schatting vluchtte een miljoen Kazachen voor hun leven. Er keerden later misschien 400.000 terug.

Yelubay was de eerste schrijver die over de hongersnood van Kazachstan schreef in zijn roman The Lonely Yurt [5].

Het boek brengt de gruwelen van de jaren dertig tot leven. Hij schreef de roman in het geheim in de jaren tachtig, toen er in de Sovjet-Unie een taboe rustte op het praten over de hongersnood. Het boek werd na de onafhankelijkheid uitgegeven. “Ik heb het vanuit mijn hart geschreven,” zegt Yelubay, die onlangs 70 jaar werd. “Ik moest het gewoon schrijven. Het brandde in mijn ziel.”

Tot op de dag van vandaag weet niemand hoeveel mensen tijdens de hongersnood in Kazachstan zijn gestorven. Een voorzichtige schatting gaat uit van 1 miljoen doden. In het onderzoek van Omarbekov zijn er naar schatting 2,3 miljoen mensen omgekomen door honger en ziekte – meer dan een derde van de Kazachse bevolking van 6,2 miljoen van voor de hongersnood.

Voor de Kazachen was het een demografische ramp die tot op de dag van vandaag zijn weerslag heeft.

“Als er destijds geen hongersnood was geweest, zou de Kazachse bevolking uit vele tientallen miljoenen hebben bestaan,” zegt Boris Dzhaparov, directeur van de Archieven van de president van Kazachstan, tijdens een interview in zijn kantoor in Almaty.

In de stoffige archieven besteedt een onderzoeker een deel van zijn tijd aan het documenteren van de namen van de slachtoffers van de hongersnood voor een project dat vorig jaar van start is gegaan. Hij gebruikt daarvoor voornamelijk bewijsmateriaal uit het archief, maar ook bijdragen afkomstig van het publiek. “Het is heel moeilijk,” zegt Aynash Seysenbayeva, terwijl ze op haar scherm de Asharsylyq.kz [6] [kaz] database laat zien waar de informatie wordt verzameld. “Je ziet een naam (in een document) maar dan moet je het lezen en proberen uit te zoeken welke naam het is … en of die persoon wel of niet van honger is gestorven.”

Het is een gigantische klus. Na een jaar heeft Asharsylyq.kz [6] [kaz] slechts 415 namen kunnen bevestigen.

In de Oekraïne wordt de hongersnood, die daar bekend staat als de Holodomor, officieel erkend als een genocide. Veel historici beweren – in een lezing van de geschiedenis die heftig wordt aangevallen door hun Russische collega's – dat de hongersnood werd opgezet om de Oekraïense bevolking uit te roeien.

De heersende opinie in Kazachstan, dat zijn verbond met Rusland koestert, is opvallend anders. President Nursultan Nazarbayev schildert de hongersnood af als een collectieve tragedie waarvoor het totalitaire systeem verantwoordelijk was, waarvoor sommige mensen een historische afrekening zouden willen zien.

Kazhibayeva prijst zichzelf gelukkig dat haar familie erin geslaagd is om de hongersnood te overleven en na zes maanden naar Kazachstan kon terugkeren.

“Ik herinner me dat we bij de grenspost aankwamen en er drie of vier ruiters aan kwamen galopperen. Ze hadden rode armbanden om,” vertelt ze. Toen haar vader uitlegde dat ze naar huis gingen, klopten deze Russen haar vader op zijn schouder en zeiden huilend: ‘Goed gedaan! Goede man!’ … en zo zijn we veilig en gezond naar ons land teruggekeerd.”