De mythe van de ‘Aardige Canadees’

canadian ned flanders

De Canadese Ned Flanders. Schermafdruk YouTube.

Onlangs vroeg Global Voices aan onze redacteurs: wat is het  meest verkeerd begrepen aspect van de plek waar je woont, of waar je vandaan komt?

Hun antwoorden zullen worden gepubliceerd als onderdeel van een lopende serie waarin  mythes ontkracht worden en waarin een meer genuanceerd beeld van bepaalde delen van de wereld wordt opgehangen. De recentste aflevering is die van Nevin Thompson, redacteur voor Global Voices Japan, die zijn tijd verdeelt tussen Canada en Japan.

De vraag die mij het vaakst gesteld wordt in Japan is: “Ben jij een Amerikaan?”

“Euh, sorry,” zeg ik dan, “eigenlijk ben ik afkomstig van Canada.” Ik woon al sinds 1994 in Japan, af en aan. Al naargelang van de situatie is persoonlijke vragen stellen aan iemand met wie je aan ‘t praten bent een teken van beleefdheid.

“Oh, de Rocky Mountains, ijshockey, de natuur”, is de standaardrepliek op mijn verduidelijking. Veel Canadezen zouden wellicht knarsetanden als ze voor een Amerikaan worden gehouden, maar mij maakt het niets uit. Voor de leek is er heel weinig dat Canadezen onderscheidt van Amerikanen. Dat is precies een van de redenen waarom zoveel Canadezen een duidelijk zichtbare Canadese vlag op hun rugzak hebben. Iedereen houdt van Canadezen. Amerikanen daarentegen …

Dat gaat zo al sinds ik 20 jaar geleden begon te reizen, nog vóór Donald Trump, vóór de invasie van Irak, en vóór 9/11. Canadezen plakken kleine esdoornbladeren op hun bagage om zich te onderscheiden van hun Amerikaanse neven.

Wij hebben gratis gezondheidszorg!”[en – alle links]” Er zijn hier geen wapens! Het homohuwelijk  is in Canada al wettelijk sinds 2005!

Het lijkt wel alsof iedereen vindt dat Canada zo hip is. Wij zijn beleefd. Blijkbaar zeggen we vaak “sorry“. Canada wordt naar verluidt beschouwd als het meest tolerant tegenover etnische groepen. Wij zijn niet zoals die jongens ten zuiden van de grens. Canadezen zijn aardig.

Ik haat het.

Ik heb, om te beginnen, heel wat Amerikaanse vrienden die ik hogelijk bewonder. Ik zou er bijvoorbeeld niks om geven voor Johnny uit Dallas gehouden te worden, of voor Marc uit Austin, of Adam uit San Francisco, of Michael uit Honolulu.

En bovendien, er zijn een paar problemen verbonden met het etiket “aardig”. Topprobleem: “aardig” genoemd worden is eigenlijk zoveel als zeggen dat je een sul bent, zo iemand als de goeiige, gedweeë maar bedroevend incompetente Ned Flanders-figuur uit “The Simpsons” (die zijn eigen Canadese dubbelganger heeft).

Stel dat Canada werkelijk een natie van Ned Flandersen was, dan zou dat een verbetering zijn, maar het echte probleem is dat aardig geen persoonlijkheid heeft. Er zijn geen scherpe kanten aan, er is niks dat reactie uitlokt. Inschikkelijk zijn is onopvallend en oninteressant, de aandacht niet waard. Dat kan een goeie zaak zijn als je wil opgaan in de achtergrond, en je afzijdig wil houden van wat er rondom jou gebeurt.

Ik zou zeggen dat de wens om gereserveerd en op zichzelf te blijven een wezenlijke trek is van het Canadees zijn. Wij zijn geneigd om ons alleen met onze eigen zaken te bemoeien. Wat voor buitenstaanders “aardig zijn” is, zou wel eens gewoon afstandelijke beleefdheid kunnen zijn. Canadezen laten zich niet vaak in met het voeren van over-het-hek-gesprekken met de buren. Ons ontbreekt de warme, open vriendelijkheid die ik ben gaan associëren met mijn Amerikaanse vrienden.

Gelukkig voor ons (en voor de rest van de wereld), verscheen Justin Trudeau op het toneel om het Canadees zijn meer dan alleen maar aardig te maken: onze premier heeft ons land zowaar sexy gemaakt.

Deze meme.

JT – rijzig, knap, atletisch en een mannelijke feminist – heeft Canada, een land dat bekend stond voor weinig meer dan ijshockey en melk in plastic zakken , herschapen in een bastion van verdraagzaamheid, en een toevluchtsoord voor de narigheden van de wereld.

Sterker nog, de dag na zijn verkiezing in oktober 2015, veranderde Trudeau de toon van het discours in Canada met een bocht van 180 graden. Na een verkiezingscampagne waarin zijn conservatieve tegenstander voorstellen deed om de nikab te verbieden, poseerde Trudeau onmiddellijk voor selfies met Canadese moslims in de metro van Montreal.

Vervolgens beloofde de regering-Trudeau plechtig om binnen slechts enkele maanden 25 000 vluchtelingen naar Canada te laten komen, nadat de vorige bewindsploeg  nog had gebakkeleid over het al dan niet hulp verlenen om de vluchtelingencrisis te verlichten. Het vluchtelingenplan van de regering-Trudeau lijkt tot nu toe succesvol.

En dus, in 2017, dankzij een flinke dosis internationale bewieroking en pas ontdekt sexappeal, beginnen Canadezen te voelen dat we meer dan aardig zijn. We zijn hip, cool en tolerant. Maar zijn we dat wel echt?

Want de mythe van de “aardige Canadees” belet de Canadezen ook om enkele van onze fundamentele problemen die niet meteen zullen verdwijnen effectief aan te pakken. Vrijwel 20% van de kinderen in Canada leeft in armoede, en ongeveer de helft van de autochtone kinderen. Er heerst een huisvestingscrisis in Canada, gepaard met een daklozencrisis. De Canadezen zijn wereldkoplopers wat betreft de uitstoot van broeikasgassen.

Elk land heeft zijn problemen natuurlijk, en er zijn genoeg geweldige dingen in Canada. (Persoonlijk hou ik erg van het verbazingwekkende assortiment bierbrouwerijen van Brits Columbia en de “DIY-muziekscene” van Montreal, om maar iets te noemen.)

Maar gedaan met het etiket “aardig”. Het is een hinderpaal voor Canada, en het belet ons om als natie waarachtige grootsheid te bereiken.

Start een discussie

Auteurs graag inloggen »

Regels

  • Alle reacties worden beoordeeld door een moderator. Verzend je reactie maar één keer, anders kan deze als spam worden gemarkeerd.
  • Wees respectvol tegen elkaar. Reacties met hatelijke opmerkingen, obsceniteiten en persoonlijke aanvallen worden niet goedgekeurd.